FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165  
166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   >>   >|  
m, van den anderen kant van de kamer, waar hij op een kanapee zat: Jongen, ja, jufvrouw, 't was heerlijk! U heeft me daar diep geroerd! Hasman was een eenigszins dikke heer, met een rooden snor. De blonde jongeling snapte zijn grap en wierp hem in al zijn verlegenheid een woedenden blik toe. Jetje was de zuster van den blonden jongeling. Terwijl men hier en daar een slokje wijn of limonade dronk en dan het glaasje weer voorzichtig op de tafel, den schoorsteen of op de piano neerzette, droegen nu twee officieren een samenspraak voor uit een fransch treurspel. Na hen kwam Hasman aan het woord, die, met behulp van twee stoelen, vertoonde hoe het in de Sint Anthonie-breestraat toeging, wanneer een joodsche familie uit rijden ging en ze met zen achten in een vigelant gingen. --Die Hasman is onverbeterlijk, zei Jozef en hij ging naar Hasman toe om hem als bedankje de hand te drukken, toen 't was afgeloopen. Mathilde was weer bij de dames Berlage en van Borselen gaan zitten. Zij leunde achterover in haar fauteuil en tuurde rond, zij was nog niet heelemaal te vrede. Zij was half en half bang, dat niet alle menschen erg veel pleizier hadden. Ook waren er wel al aardige dingen gezongen en gedeklameerd, maar er ontbrak blijkbaar nog iets, iets schitterends. Er werd in de groeyende hitte, scheen 't haar, algemeen gewacht op het glanspunt van de soiree. Het mooiste scheen zoo nog te moeten komen. Datgene, waarvan de vermelding naderhand als men er over sprak, tot herinneringsmiddel aan dezen avond zou moeten dienen, was er nog niet geweest. Jozef keek al-door naar Mathilde. Hij verveelde zich niet, hij had zich van den beginne af aan pleizierig bezig gehouden, want hij dacht, naar haar gezicht te oordeelen, dat Mathilde zich amuseerde. Hij merkte dat hij dezen avond bizonder veel van zijn vrouw hield. Hij had haar in langen tijd ook niet zoo mooi gezien, en zoo in 't oogloopend door een elk, door al zijn vrienden bewonderd. Hij staarde haar aan, en daar kreeg hij de gedachte, dat zij volstrekt ook iets moest doen, dat aan haar nu de beurt was. Hij wilde het zeggen, maar hij begreep, gelukkig bij tijds, vond hij, dat het gepast was, als iemant van de andere menschen, en niet hij zelf, zijn vrouw verzocht iets van haar talent ten beste te geven. En plotseling nam hij het al die heeren kwalijk, dat zij dat nog niet hadden gedaan. Als ze 't eens vergaten! Neen, dat niet! Ze zou, ze moest iets doen. Nu, hij zou 't dan toch zelf m
PREV.   NEXT  
|<   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165  
166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   >>   >|  



Top keywords:

Hasman

 

Mathilde

 

hadden

 

scheen

 
menschen
 

moeten

 

jongeling

 
Jongen
 

verveelde

 
jufvrouw

dienen

 
geweest
 

kanapee

 

beginne

 
gezicht
 

oordeelen

 

amuseerde

 

pleizierig

 

gehouden

 

heerlijk


herinneringsmiddel

 

glanspunt

 

soiree

 
mooiste
 

gewacht

 

algemeen

 
groeyende
 

merkte

 

naderhand

 

vermelding


Datgene

 

waarvan

 

bizonder

 

verzocht

 
talent
 

andere

 
iemant
 

gelukkig

 

gepast

 
gedaan

vergaten

 

kwalijk

 
heeren
 

plotseling

 
begreep
 

zeggen

 
gezien
 
oogloopend
 

langen

 
vrienden