FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111  
112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   >>   >|  
zelende oogen. Zij zag Jozefs naakt gelaat en zijn koortsige oogen. Was dat nu het leven? Was dat nu het getrouwd zijn? De boomen ruischten haar huiveringen tegen. Haar oogleden trilden; zij kreeg het koud aan de slapen. Zij viel te-rug op het mos, lei zich met het gezicht naar beneden en, zonder iets te voelen of iets te zijn, verborg zij haar oogen tegen den grond. Zij bleven nog een half uur liggen, zonder te spreken, zonder zich te verroeren. Mathilde stond het eerst op. Ongearmd gingen zij naar het hotel te-rug. Na een tijdje fluisterde Mathilde: Dat kan nooit duren, ik zal gek worden, ik ben al te gelukkig, of er zal iets anders gebeuren, ik weet niet wat. Een lusteloosheid hing verder over Mathilde dien heelen dag. In plaats van te gaan rijden, zoo als eerst het plan was geweest, zat zij den heden dag op haar kamer of onder het spandoek. Jozef, die begonnen was met te probeeren haar gezelschap te houden, toen het hem niet gelukken mocht haar tot het ritje over te halen, moest eindigen met in zijn eentje te gaan wandelen. Wat zij deed was zoo raar, zij deed precies als voor hun huwelijk wel. Zij durfde hem niet lang achter mekaar aankijken. Zij sprak maar over haar vader. Tegen den avond schreef zij een brief naar Amsterdam, vol van de innigste teederheid, vol van hartstochtelijke gehechtheidsbetuigingen. Zij schreef haar vader, dat Jozef het heel goed maakte, dat zij zich wel gelukkig voelden, maar dat zij toch o zoo verlangend was hem te-rug te zien. Zij was nu pas een groote week op reis, schreef zij, maar toch telde zij nu al de dagen, die moesten verloopen voor hun te-rugkomst. De zekerheid, dat vader zich goed verzorgde, zou haar echter de afwezigheid dragelijker maken. Hij moest haar dus daarover nog vele zaken, erg in onderdeelen en breed onderschrapt, meedeelen. Had hij geen pijn meer aan den linkerkant? Niet de minste aandoening daarvan? Hoe was Jans? Bromde zij niet, voorzag zij hem goed van alles, wat hij wou? Deed hij zonder over te slaan, dagelijks geregeld zijn loopje? Hij moest dat toch vooral nooit vergeten; de dokter had er zoo op gedrukt. Dus niet denken: de lucht is van-daag wat betrokken, ik zal van-daag maar thuis blijven en morgen een beetje langer wandelen, vooral niet, want van dat langer kwam morgen toch niets. Regende het den heelen dag, dan moest hij een uurtje afwachten dat de droppels minder zwaar vielen en dan gaan. Hij moest 's avonds ook maar weer eens menschen vragen en zich-zelf
PREV.   NEXT  
|<   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111  
112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   >>   >|  



Top keywords:

zonder

 

schreef

 

Mathilde

 

vooral

 

wandelen

 

heelen

 
gelukkig
 

morgen

 

langer

 

onderdeelen


verlangend
 

groote

 

meedeelen

 

onderschrapt

 

voelden

 

moesten

 

echter

 

verzorgde

 
zekerheid
 

rugkomst


maakte

 
afwezigheid
 

dragelijker

 

daarover

 

verloopen

 
Regende
 

uurtje

 
afwachten
 

beetje

 

betrokken


blijven

 

droppels

 

minder

 

menschen

 

vragen

 

vielen

 

avonds

 
denken
 

daarvan

 

Bromde


voorzag
 
aandoening
 

minste

 
linkerkant
 
gehechtheidsbetuigingen
 
dokter
 

gedrukt

 

vergeten

 

loopje

 

dagelijks