n in groote, holle boomen
en als de maan heel helder schijnt, vertoonen zij zich in hunne
Zondagskleeren--groene jagerbuizen en roode mutsen--en dansen, dansen,
dansen uren lang, tot het ochtendlicht begint te schijnen. Hunne groote
kracht ligt in die kleine, valsche, gniepige oogen"--hier kneep het
oudje de hare bijna geheel dicht en zette zoo'n dwaas gezicht dat allen
in lachen uitbarstten--"waarmee zij iemand betooveren kunnen, zooals ik
helaas betooverd ben! Maar wie de kracht bezit een _leprechaun_ strak
aan te kijken, twee minuten lang, zonder met zijn oogen te knippen of
ook maar een vin te verroeren, die komt niet onder de betoovering en
kan zakken vol goud van hem los krijgen, zooveel als hij er maar wenscht
te bezitten! Twee heele minuten doodstil te blijven staan, is echter een
verbazende toer en--als men maar even met de oogen knipt, of ook maar
het puntje van zijn pink beweegt, is het mis en verdwijnt de
_leprechaun_, zonder een enkel korreltje goud achter te laten...."
"En nu moeten Nesta en Boy ook verdwijnen," zei Bridget. "Het is al zoo
laat; ik durf niet eens te zeggen hoe laat!"
"Och, ik ben nog niets slaperig," zei Boy, zijne oogen heel groot
makend.
"Wacht, ik ga mee je naar bed brengen," riep Bunny met haar gewone stem
en nu riepen Boy en Nesta te gelijk uit: "Ja, ja, ja! Ga maar gauw mee,
heksje!" En het heksje liep mee, vroolijk met haar stok zwaaiend en
zingend dat de _leprechauns_ het van avond maar zonder haar moesten
stellen, er mocht dan van komen wat er wilde!
HOOFDSTUK X.
Nesta's Drift.
"Neen moeder, kennissen heb ik hier niet gemaakt," schreef Hedwig in
antwoord op een vraag van haar moeder, "maar dat gaat ook zoo
gemakkelijk niet, omdat wij vrij eenzaam wonen, nog een heel eindje van
Glengariff af en de vrienden van Mr. en Mrs. Balvourneen kunnen
moeielijk ook de mijne wezen, want die ontmoet ik heel zelden, al hoor
en zie ik nogal eens fraaie equipages naar ons kasteel rijden; er komt
veel bezoek. De kinderen zijn bijna altijd bij Bridget en mij, een heel
enkele maal mogen zij eens beneden eten en dan doe ik dat ook, maar dan
zijn er geen gasten. Ik heb heusch geen conversatie noodig, moedertje;
er is afwisseling genoeg in mijn leven! Het is zoo iets anders dan op
Hill House en het is hier zoo prachtig mooi en zoo vol bloemen; soms is
de temperatuur mij wel eens wat al te zoel, niet "stevig" genoeg, maar
er moet wat wezen! Wat zal ik u een massa te vertellen hebben,
|