FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   208   209   210   211   212   213   214   215   216   217   218   219   220   221   222   223   224   225   226   227   228   229   230   231   232  
233   234   235   236   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250   251   252   253   254   255   256   257   >>   >|  
de heks uit het sprookje, dat zij hem den vorigen avond had verteld. Daarna van Jans; Jans was wel zindelijk en verzorgde de keuken wel goed, maar ze was een beetje ongeduldig van aard, zij knorde dadelijk als Marie maar een paar minuten te laat beneden kwam, voor het eten of zoo. Verder van een onaangenaamheid tusschen Jans en den slager; Jans beschuldigde hem van niet het volle gewicht van het ossenvleesch gegeven te hebben. Ja Mathilde had ook, nog half in slaap, dien morgen al luide stemmen gehoord aan de deur. Dat was dat zeker geweest. Marie zeide daarna, dat de melkvrouw altijd zoo vroeg kwam, en dat Jans hierom altijd zoo boos was. De groenteboer was een beste man. Om nadruk op iets te leggen, sprak Marie ook vlak in Mathildes gezicht, met de pas gedronken koffie in haar stem. Mathilde nam in dien tijd, af en toe, met haar ziek-bleeke, stilletjes bevende hand, het glas melk, dat voor haar stond, het langzaam op en neer bewegend, met kleine teugjes, die zij in haar maag voelde killen, drinkend. Hoe was 't mogelijk, niet waar, nu was men hier toch "buiten" en toch was de melk veel waterachtiger als in de stad, zei Marie. Aangekleed, ging Mathilde op een ochtend, zoo als gewoonlijk, bleek, haar knieen bij elken stap de dunne wol van de peignoir in dadelijk weer verdwijnende sporen bol uitdrukkend, door het gangetje naar de groote kamer. Als zij de deur van de slaapkamer open deed, om in den gang te gaan, warrelden, van door de voordeur, die dikwijls openstond, of door de keuken, waar de vensters hoog opgeschoven waren, wemelingen zomerlucht over haar schouders, om haar hoofd, om haar handen, met lichte streelingen, als zacht getinte geuren, en, als of zij haar borst tegen een onzichtbaren balk stootte, die daar zou zweven midden-in den gang, dreunde een schok door haar lichaam, het plotselinge bewustzijn van haar alleenheid, dat zich door alle zintuigen aan haar opdrong. Het wrong zich door haar neusgaten, door haar ooren, door haar mond naar binnen, naar haar keel, naar haar maag, het suizelde met de deeltjes zomerlucht door de porien van haar huid. Elken morgen schrok zij er van en werd er nog moeyer van. De gesloten deur van de groote kamer, met het eene glad-gele gevlamde stugge paneel, gaf haar daarop een gewaarwording, die haar bijbleef tot zij de deur met de stroef-gillende kruk had opengedraaid: Jozef was daar, achter die deur, achter dat stugge gele houten vlak, dat den toegang versperde, nietwaar? Het w
PREV.   NEXT  
|<   208   209   210   211   212   213   214   215   216   217   218   219   220   221   222   223   224   225   226   227   228   229   230   231   232  
233   234   235   236   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250   251   252   253   254   255   256   257   >>   >|  



Top keywords:

Mathilde

 

altijd

 
morgen
 

achter

 
zomerlucht
 

stugge

 
dadelijk
 

groote

 
keuken
 

versperde


getinte

 
wemelingen
 

handen

 
schouders
 
geuren
 

lichte

 

streelingen

 

uitdrukkend

 

gangetje

 

sporen


verdwijnende
 

peignoir

 
slaapkamer
 
dikwijls
 

openstond

 
vensters
 

voordeur

 

nietwaar

 

warrelden

 
opgeschoven

bewustzijn
 

gesloten

 
gevlamde
 

moeyer

 

porien

 
schrok
 

paneel

 

stroef

 

gillende

 

opengedraaid


houten

 

toegang

 

daarop

 

gewaarwording

 

bijbleef

 
deeltjes
 

suizelde

 

lichaam

 

plotselinge

 
dreunde