FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   235   236   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250   251   252   253   254   255   256   257   258   259  
260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284   >>   >|  
e kleinigheden, die drentelende afwachtingen van heugelijke gebeurtenissen in menschenoogen doen ontstaan, en die Mathilde eensklaps de nog ongeziene krul van een behangsel-figuur deden ontleden, of haar een klein barstje in de lambrizeering lieten ontdekken en nagaan. Zoo ging de Dinsdag en Woensdag voorbij. Mathilde dacht aan het gesprek met Jozef als aan iets, dat buiten haar om zoo bepaald was, als aan een gelegenheid, die zich nu voordeed om haar geluk te herstellen. Zij bedacht niet, dat de heele zaak van haar was uitgegaan en nog wel toevallig nu pas, dat zij hem even goed twee maanden geleden hetzelfde had kunnen zeggen. Zij dacht er ook niet aan, dat Jozef op 't oogenblik voelen moest als altijd, dat hij nog van niets wist. Neen, zij had een gevoel als bereidde hij van zijn kant zich in Amsterdam op den strijd voor, die zou plaats hebben, terwijl zij 't zich hier deed. En zij maakte haar plannen, nauwkeurig, in onderdeelen. Zij zou beginnen met het feit te zeggen zoo als het was: zijn liefde voor haar was niet zoo groot meer als vroeger. Dan zou hij zeggen--ze kende hem er goed genoeg voor om dat zeker te weten--: 't was volstrekt niet waar, hij hield nog altijd even veel van haar. Maar dan zou zij hem bewijzen, dat 't niet zoo was. Want, zou zij vragen, hoe handel jij in den laatsten tijd tegenover mij en hoe doet een man die wezenlijk veel van zijn vrouw houdt? Zij zou het onderscheid laten voelen. Dan zou hij misschien toegeven ... En dan, en dan ... Mathilde lachte en trad voort, zij voelde haar plan worden in de huppelende blijdschap van haar lachjes. De woorden verzamelden zich langzaam in haar heerlijk zeker. Als bijna lijnen, die elkaar naderden en zich samenvoegden, waarden de gedachten om haar heen door de huisruimten. Haar lachjes zweefden op, verzilverkrulden de lijnen: zilverwitte onzichtbaarheden luwden in lichte wolkjes om haar heen, wierookten tot haar voorhoofd en deinden weer terug, beglipten haar hals, suisten weer op door heur haren, glanspuntend, paerlend, sterrelend boven haar been. En zij liep voort; haar gedachten, in gele, rose en blauwe draden, weefden aan het plan. En in de zachte bewegingen dier ongeziene gelukskleuren, begon zij te neurien, maar zachtjes, voor haar zelf onhoorbaar zachtjes. Kwam er een bedenking, vlotte het plan niet geregeld, dan haperde de stille neuriende gedachtenstem, heel even, maar als het bezwaar bijna overwonnen was, begon zij weder, nog zachter, altijd zac
PREV.   NEXT  
|<   235   236   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250   251   252   253   254   255   256   257   258   259  
260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284   >>   >|  



Top keywords:

zeggen

 

altijd

 
Mathilde
 

lachjes

 
lijnen
 

voelen

 
gedachten
 

ongeziene

 
zachtjes
 

woorden


verzamelden

 
langzaam
 

neuriende

 
gedachtenstem
 
huppelende
 

blijdschap

 

heerlijk

 

samenvoegden

 

waarden

 

geregeld


naderden
 

elkaar

 
stille
 
haperde
 

worden

 
onderscheid
 

wezenlijk

 

zachter

 

misschien

 
overwonnen

bezwaar
 

voelde

 
lachte
 

toegeven

 

vlotte

 
bedenking
 

deinden

 

draden

 

blauwe

 

voorhoofd


wolkjes

 

weefden

 

wierookten

 

paerlend

 

suisten

 
beglipten
 

zachte

 

bewegingen

 

zweefden

 
verzilverkrulden