FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62  
63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   >>   >|  
d het blondgelokte hoofd en toen een uur later, haar vader met den heer van Komen in een ernstig gesprek was verdiept, verliet zij hem om, geheel alleen, in de richting van het bosch voort te rijden. Eensklaps bemerkte zij eene boschduif, die boven de beek vloog; haastig trok zij de bellenkap van haren valk en wierp den vogel op. Pijlsnel steeg de valk en bleef toen eenigen tijd onbeweeglijk in de lucht hangen. Hij bemerkte de arme boschduif, daalde neder en worgde haar met zijne scherpe klauwen. Machteld klapte van blijdschap in de handen en daar, naar hare meening, de valk zijne prooi niet spoedig genoeg aan zijne meesteres bracht, gaf zij haar paard de sporen en reed in de richting der beek, tot aan den zoom van het mastbosch. Waarschijnlijk verschrikte haar wilde ren de arme dieren, die onder het heidekruid verborgen zaten; want, een haasje sprong op, vlak voor de pooten van het paard; het beest werd schichtig en het vlood met zijne edele berijdster het mastbosch in. Wat de gravin ook aanwendde om het verschrikte dier tot bedaren te brengen, niets mocht baten; in wilden galop rende het voort, altijd voort en wierp eindelijk zijne berijdster met zooveel geweld af, dat haar hoofd tegen een mastboom bonsde en zij gewond en bloedend nederlag. Brieschend zette het paard zijnen weg voort en weldra werd alles weer doodstil. Bewusteloos lag de gravin op het zachte mos; geen vogel zong in de hooge mastboomen, wier donkergroene takken zich als een prieel ineenvlochten boven het hoofd der eenzame vrouw. * * * * * Langzaam keerde Anneken, de kleine herderin, naar de woudhut terug. Bosch en heide had zij doorloopen, hare voeten bezeerd aan braamstruiken en distels, maar haar geitje, helaas! niet gevonden. Tranen vloeiden over de wangen van het arme meisje; zij weende niet om zich zelve maar om hare moeder, die oud en ziekelijk was en thans de voedzame geitenmelk zou moeten missen. Ze waren zoo arm en verlaten, de weduwe Soete en hare eenige dochter. Jaar in, jaar uit, voedden zij zich met rogge-of gerstebrood; in het najaar zamelden zij beukenoten als wintervoorraad, sprokkelden droog hout en zochten pijnappels in de bosschen. Zuchtend naderde Anneken hare woning, toen zij tot haren schrik onder de hooge boomen eene donkere gestalte liggen zag. Zij naderde, herkende het schoone, met goudgeborduurde rijkleed der gravin, sloeg een kruis en riep: "Dat is de edelvrouw van dezen
PREV.   NEXT  
|<   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62  
63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   >>   >|  



Top keywords:

gravin

 

verschrikte

 

boschduif

 

naderde

 

Anneken

 

mastbosch

 
bemerkte
 

berijdster

 

richting

 

geitje


Tranen
 

gevonden

 

helaas

 

weende

 

ziekelijk

 

moeder

 

wangen

 

meisje

 
vloeiden
 

kleine


takken

 
donkergroene
 

prieel

 

ineenvlochten

 

eenzame

 
mastboomen
 

zachte

 
Langzaam
 

doorloopen

 

voeten


bezeerd

 

braamstruiken

 

voedzame

 

keerde

 

herderin

 

woudhut

 

distels

 
eenige
 

boomen

 

schrik


donkere
 
gestalte
 

liggen

 
woning
 
Zuchtend
 
zochten
 

pijnappels

 

bosschen

 

edelvrouw

 

herkende