d zij van haren
vader een verwonderlijke dichtgave geerfd. Zij ondersteunde begaafde
zangers en dichtte fraaie liederen.
Daar was in dien tijd aan het Fransche hof een zekere heer de Labrosse,
kamerheer en gunsteling van den koning.
Hij was jaloersch op de koningin, en gebruikte al zijnen invloed om haar
bij den koning in een valsch daglicht te stellen.
Filips had Maria in tweede huwelijk getrouwd en bezat kinderen van zijne
eerste vrouw.
Op zekeren dag stierf de oudste zoon des konings en de Labrosse wist bij
den bedroefden vader het vermoeden te doen ontstaan, dat Maria door
vergif aan zijn kind het leven had benomen.
Het gemoed des konings was door deze verdenking op het hevigst
ontroerd, hij ging peinzend daarhenen, zegt de kronijk, het hart vol
druks.
Men verhaalt, dat hij Maria in eenen burcht liet opsluiten en haar ter
dood wilde laten brengen.
Uit hare gevangenis meldde de ongelukkige haren nood aan haren broeder
"Beschreven met haren bloede root,
"In eene scale daer zij uit dranc."
[Illustration: Ridder ten tijde van Jan I.]
Op het ontvangen der akelige tijding, springt hertog Jan te paard en
snelt naar Parijs. Een schildknaap, Godekin van Stalle en Vlieger, een
hazewind, vergezelden hem alleen.
Na tweemaal vier en twintig uren is hij in de hoofdstad van Frankrijk,
trekt eene monnikspij aan, begeeft zich naar Maria's gevangenis, en, als
biechtvader tot haar toegelaten, verneemt hij de onschuld zijner zuster.
Nu werpt de hertog zijne vermomming af, meldt zich ten hove aan, treedt
voor den koning--naar het gebruik dier tijden--als kampvechter der
koningin en daagt ieder tot een tweegevecht uit, die de schuld der
belasterde vrouw mocht staande houden.
De laffe de Labrosse, door de verschijning des vermaarden krijgsmans
verschrikt, door het geweten gefolterd, neemt de vlucht.
Geen zijner vrienden waagt het, de eer des kamerheers met het zwaard te
verdedigen.
De twijfel aan Maria's onschuld ware een smaad aan de nagedachtenis
dezer vorstin, daarom besluiten wij ons verhaal met het oordeel van een
beroemden, Franschen geschiedschrijver[29]:
"Het is niet mogelijk, dat deze vrouw tot een laffen en snooden aanslag
bekwaam zij geweest."
44.--Jan I en het hertogdom Brabant.
Jan I, de held van ons verhaal was hertog van Brabant; het voormalige
Brabant strekte zich uit over het grondgebied, dat onze hedendaagsche
provincie Brabant, de provincie Antwerpen en, in Nederland,
N
|