nt Pieter en Sint Bavo te Gent.
In de vrouwenkloosters zaten de geestelijke zusters niet ledig. Te
Maeseyck vervaardigden zij prachtig borduurwerk of versierden schoone
handschriften met de fraaiste penteekeningen.
Overal stichtte men bibliotheken; de scholen van het Sint
Amandusklooster te _Elnone_ aan de Schelde verwierven grooten roem onder
het bestuur van Hucbald, dichter, geschiedschrijver en de bijzonderste
toonkunstenaar der X^{de} eeuw. Hij geeft de eerste berichten over het
begin der meerstemmige muziek.
Te S^t Amand of _Elnone_ waren Dietsche en Waalsche of Romaansche
schrijvers.
Ook de scholen van het bisdom Luik waren beroemd. Zij brachten dichters,
taalkundigen, kunstenaars voort; bisschop Hartgar deed zich een paleis
bouwen versierd met fraai beeldhouwwerk en gekleurde glasruiten.
Karel was de grootste man zijner eeuw; zelfs na zijnen dood leefde hij
voort in de werken, die hij tot stand bracht en door het voorbeeld, dat
hij gaf.
23.--Renier en Albrade.
Omtrent het midden der X{de} eeuw leefde in Henegouwen een dappere en
geduchte graaf, Renier geheeten. Albrade, zijne vrouw, was een toonbeeld
van zachtheid en goedhartigheid.
Beiden woonden aan de oevers der Schelde in het midden hunner
onderdanen, die hun edelen heer en zijne doorluchtige gade om het zeerst
liefhadden.
Op zekeren dag verspreidde zich eene schrikwekkende mare door de
landstreek. De wreede Noormannen waren in aantocht; onder aanvoering
van Rollo, hun wreed opperhoofd, voeren zij de Schelde op, en onder het
zingen van woeste krijgsliederen, plunderden zij hoeven, kerken,
abdijen, dorpen, steden. Hier verschenen zij, snel als de wind, midden
in het gewoel eener jaarmarkt; ginds staken zij de woningen der menschen
in brand, doodden al wie zich durfden verzetten, stalen het goud-en
zilverwerk der inwoners, de heilige vaten der kerken. "Van de woede der
Noormannen, verlos ons Heer"! baden de menschen en weinigen waren er,
die tot verdediging durfden overgaan.
Tot deze laatsten behoorde Renier: "ik zal mijn volk tot den dood
verdedigen", sprak hij vastberaden en Albrade, de zachte, goede Albrade,
moedigde hem aan in zijn besluit.
Renier verzamelde zijne krijgslieden, doch in stede van een enkelen
grooten veldslag te wagen, lokte hij den vijand in hinderlagen en
bevocht hem in schermutselingen.
[Illustration: Schip der Noormannen.]
In eene daarvan nam hij twaalf voorname krijgslieden gevangen.
Toen Rollo zu
|