edwig zoo luid ze kon.
"Zoo. En hoe komt het dan dat het nu zoo laat is?"
"Ik heb nog even een wandeling door de stad gemaakt," zei Hedwig
opgewekt.
"O zoo. Ja, dat konden wij niet weten natuurlijk. Ons theeuur is lang
voorbij en dus...." Zij haalde de schouders op.
"Ik ... er zal misschien nog wel wat thee en een boterhammetje voor mij
bewaard zijn?" waagde Hedwig te vragen. Zij had zoo'n trek; ze _moest_
wat eten!
Miss Wells deed alsof zij haar niet verstaan had.
"Wat zegt u?"
Met een kleur, toch zonder verlegenheid, herhaalde Hedwig luide haar
vraag.
De zuinige directrice schudde echter het hoofd. "Wel neen, er is geen
thee meer te krijgen; daarvoor is het nu te laat," zei ze. "Straks wordt
het avondeten gebruikt."
Hedwig hoopte vurig dat "straks" "heel gauw" beteekende!
"Waar is uw koffer?" vroeg Miss Wells verder. Zij was thans opgestaan en
waggelde in al haar dikte naar de schel toe.
"Dien heb ik aan het station gelaten. Mag hij even gehaald worden?"
Met de hand aan het schelkoord, keerde Miss Wells zich toornig om.
"Nog gehaald worden, van avond? Neen hoor, daar kan niets van komen; wij
houden hier geen hotel! Knechten of dienstmeisjes hebben wij ook niet,
want wij doen alles zelf. _Alles_; begrepen? U zult het dan voorloopig
maar zonder uw koffer moeten stellen en dien morgen gaan halen met
Peter en het wagentje. Er kan dan nog wel iemand met u meegaan." Toen,
ter verduidelijking, alsof ze bang was dat Hedwig in den genoemden
"Peter" een manspersoon zou vermoeden, "Peter is onze pony."
"O," was al wat Hedwig zeide. Ze vond het heel vervelend zoo lang op
haar koffer te moeten wachten, maar zij onderwierp zich zonder meer,
begrijpend dat er toch niets aan te veranderen was.
Miss Wells trok nu met een ruk aan de schel en een oudachtig, schamel,
doch net gekleed dametje verscheen, dat er, evenals het meisje, dat
Hedwig binnen gelaten had en dat in de wandeling Taff of Taffy werd
genoemd, heel vermoeid uitzag.
"Dit is onze huishoudster, Miss Ellis," verklaarde Miss Wells. "Zij zal
u den weg wijzen naar de schoolkamers. Miss Ellis, dit is Fraeulein
Eiche, de nieuwe onderwijzeres."
"_How do you do_?" zei Miss Ellis en er kwam een vriendelijk lachje op
haar gezicht, toen zij Hedwig de hand reikte.
Hedwig had haast gezegd: "Goed, maar ik heb zoo'n honger," maar ze
durfde niet recht. En ... we krijgen toch straks avondeten, troostte zij
zich.
Zij volgde Miss Ellis een paar nauwe
|