er, voor
den voorzitter en zijne bijzitters, voor den aanklager, voor den
beschuldigde.
Verstaat gij thans, waarom men heden nog zegt: iemand voor de
vierschaar (vier scarnen) dagen?
Grimbald, de lafhartige werd veroordeeld tot het betalen eener
aanzienlijke geldboete. Een deel der boete, het weergeld, kwam aan
Bertolf, een ander deel, het vredegeld, werd in de schatkist gestort.
Waren de gebruiken der Franken opgeteekend of geschreven? In den beginne
natuurlijk niet, doch later, toen zij zich in ons land vestigden en met
de Romeinen in aanraking kwamen, lieten zij door geleerde mannen het
oude volksrecht opteekenen. Men noemt het: de Salische Wet.
15.--Van een Koning en eene Prinses.
Het kan meer dan duizend jaren geleden zijn, dat in een ver land, eene
prinses leefde, die zeer ongelukkig was. Haar vader was dood, vermoord,
zegde men, door haren oom, die een boos mensch was.
De arme prinses had veel verdriet en weende bitter, en haar booze oom
gebood haar de stad Geneve te gaan bewonen. Daar leerden de menschen
haar weldra liefhebben; want, zij was zacht en schoon en hielp de arme
lieden, zooveel zij maar kon.
Zulks vernam een machtig koning, die, aan het hoofd zijner krijgslieden,
groote overwinningen had behaald. Zijne gezanten vertelden hem zooveel
goeds van de prinses, dat hij wenschte haar tot vrouw te nemen.
Dit voornemen deelde hij mede aan zijnen vriend en vertrouweling,
Aurelius. Hij verzocht hem zich in het geheim naar Geneve te begeven en
er zijn verlangen aan de prinses bekend te maken.
De vriend begaf zich op weg en nam den ring zijns meesters mede, maar,
ten einde geen argwaan op te wekken, kleedde hij zich als bedelaar. Den
staf in de hand en den knapzak op den rug, bereikte hij de woning der
prinses, die, zeer gastvrij zijnde, den vreemdeling in hare woning
opnam.
Terwijl zij hem, in tegenwoordigheid harer dienaressen, de voeten
wiesch, sprak hij met gedempte stem: "Jonkvrouw, ik wensch met u een
onderhoud te hebben."
De prinses deed alsof zij den bedelaar niet hoorde, maar 's avonds het
zij hem roepen en vroeg wat hij verlangde. "Jonkvrouw," sprak hij, "de
koning, mijn meester, zendt mij tot u, hij wenschte u, naast zich, als
koningin op den troon te plaatsen en gaf mij, als bewijs zijner
vereering, dezen prachtigen ring voor u mede."
[Illustration: Gallie]
De prinses, zeer gevleid over het aanbod des konings, aanvaardde den
ring en antwoordde: "Ik schenk u een
|