FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44  
45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   >>   >|  
lds gelaat werd somber. De man was jaloersch op Bertolf die, ofschoon veel armer dan hij, door elkeen werd gewaardeerd om zijn aangenaam karakter, zijne bekwaamheid. Bertolf was een uitmuntend landbouwer, een bedreven jager, een flink ruiter die, sedert hij met zijn schrander paard, den onverwinnelijken Sleipnir, te velde trok, zelfs door graven en andere hooggeplaatste lieden, met achting werd bejegend. Grimbald was rijk, hij bezat schoon huisraad, mooie runderen, talrijke zwijnen, maar de menschen hielden niet van hem; hij was boosaardig, wraakzuchtig en had zich, in meer dan een geval, op wreede en hartlooze wijze gedragen. Somber en dreigend verliet hij de woning van Bertolf en niet zoodra was hij de haag voorbij of hij balde de vuisten en grinnikte spottend: "Die weigering zult gij mij duur betalen!" Hij verzonk in gepeinzen, bereikte het elzenboschje, dat aan den oever der beek gelegen was, verborg zich in het struikgewas en hield zich stil als de boschkat, die de duisternis afwacht om hare prooi aan te vallen. Langzaam, zeer langzaam spreidde de nacht haar floers over het aardrijk; tot driemaal toe hief de boschuil zijn onheilspelend gefluit aan. Grimbald verliet zijne schuilplaats en keerde naar Bertolfs woning terug. Hij brak door de haag, kroop op handen en voeten naar den paardestal.... Eenige tijd verliep en als een moordenaar sloop hij naar het elzenboschje terug. Plotseling drong de maan door de duisternis en wierp haar weifelend licht op den boosdoener. Hij bemerkte twee mannen, die onbeweeglijk en sprakeloos, in den stillen zomernacht, aan den oever der beek zaten te visschen. Grimbald schrikte en, als ontwaakte zijn geweten, vluchtte hij, over weiden en velden, over heggen en struiken, in de richting zijner woning. De visschers echter hadden den man bemerkt; zij ook schrikten, maar zeiden: "Wat kwaad bedreef de man, die als een laffe moordenaar van hier wegvlucht?" Niet langer echter dachten zij over het gebeurde na; zij hernamen hunne bezigheid en, zoodra het eerste morgenrood het Oosten kleurde, begaven zij zich naar de hoeve van Bertolf. "Wij zullen onzen vader met onze mooie vangst verrassen" zeiden zij onderweg, want het waren Bertolfs zoons. Het was klaar dag toen zij aan de houten deur der woonhalle klopten en hun vader, die altijd vroeg op de been was, opende. Hij was bleek en beefde aan al zijne leden. De jongelingen schrikten: "Een ijselijke moord is hier dezen n
PREV.   NEXT  
|<   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44  
45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   >>   >|  



Top keywords:

Bertolf

 

woning

 

Grimbald

 

Bertolfs

 

moordenaar

 

zoodra

 
zeiden
 

duisternis

 

elzenboschje

 

echter


schrikten
 

verliet

 

visschen

 

schrikte

 

ontwaakte

 

geweten

 

sprakeloos

 

stillen

 
opende
 

zomernacht


altijd

 
woonhalle
 

weiden

 

velden

 

heggen

 
klopten
 

vluchtte

 
onbeweeglijk
 

mannen

 

verliep


beefde

 

Eenige

 

paardestal

 

handen

 

voeten

 

Plotseling

 

boosdoener

 
bemerkte
 

weifelend

 

struiken


richting
 
eerste
 

morgenrood

 
ijselijke
 
bezigheid
 
hernamen
 

jongelingen

 

Oosten

 

zullen

 

verrassen