FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   287   >>  
gemoed een kletterende op-een-volging van zware, doffe, heesche fluitende klankjes, waarin zij hem zeide, wel te weten, dat hij dit zou andwoorden, alles te weten, wat hij nog meer zou willen zeggen; maar dat dit alles niets beduidde, dat hij, als hij zich maar eens goed wilde onderzoeken, wel zou merken, dat zij gelijk had met te zeggen, dat hij toch eigenlijk niets meer van haar hield. Zij verweet hem al zijn verwaarlozingen zij vertelde hem van al de dingen, die haar zijn verflauwing hadden doen weten. Maar zij klaagde niet, zij was boos, en het voorgenomen smeeken verstijfde in een vergen tusschen haar verdunnende lippen. Zij had zijn arm aan haar linker borst gedrukt, haar hoofd dicht bij het zijne gedaan. Maar toen zij alles in eens gezegd en uitgesproken had, met zacht rood aan haar slapen en haar voorhoofd, en hij andwoordde: maar, lieve kind, dat verbeel-je je allemaal maar, je hebt de koorts, je moet wat kalmeeren,--toen liet zij hem los en bekeek hem zoo als hij daar was met den tuin om hem heen, zijn blanke voorhoofd en zijn stille korte haar, zijn kalme wangen, zijn gewone oogen en grijze schouders. Hij tuurde voor zich uit met hooggestreken wenkbrauwen als om in het dennen-boschje een oplossing van de vreemde ziekte van zijn vrouw te vinden en hij drukte zijn bovenlip over zijn onderlip. Haar armen krompen tegen haar lijf, haar hals kromde een weinig om laag, in haar oogen kwamen roode spikkeltjes, zij zag hem niet aan. --Kom, Thilde, zei hij, laten we over iets anders spreken. En zij spraken er over, om Ster en mevrouw v. Borselen ten eten te vragen, om Felix op een bewaarschool te doen. Mathildes verbeelding voelde hem nu niet meer, haar verstand dacht hem. Zij merkte zijn heele persoonlijkheid, met al zijn doen en laten, als een kleinigheid in haar grooten hartstocht. Zij voelde hem heelemaal te kunnen overzien. Hij was een gewone, verstandige en mooye man. Hij had vroeger veel bij hen aan huis verkeerd, daarna waren zij samen getrouwd, en hij had zich altijd gedragen zoo als een fatsoenlijk man zich tegenover zijn vrouw gedraagt, wat wilde zij toch eigenlijk nog meer? Toen zij ziek was geworden, hadden zij natuurlijk niet zooveel samen kunnen zijn als vroeger. Haar verdriet was, dat zij hem geheel waarnam, want eerst was er, behalve zijn neigingen en gedachten, die zij wist, iets onbekends voor haar in hem, een verborgen geheimzinnige kracht in zijn wezen, ondoorgrondbaar en heerlijk,--het was de lie
PREV.   NEXT  
|<   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   287   >>  



Top keywords:

hadden

 

voorhoofd

 

kunnen

 

vroeger

 

gewone

 
voelde
 

zeggen

 

eigenlijk

 
weinig
 

verstand


kwamen
 
vragen
 

Mathildes

 

bewaarschool

 
verbeelding
 

kromde

 

mevrouw

 

Thilde

 

spreken

 
anders

Borselen

 

spikkeltjes

 
spraken
 

getrouwd

 

waarnam

 

behalve

 
geheel
 

verdriet

 
geworden
 
natuurlijk

zooveel

 

neigingen

 
gedachten
 

ondoorgrondbaar

 

heerlijk

 

kracht

 

geheimzinnige

 

onbekends

 

verborgen

 
gedraagt

heelemaal

 

overzien

 

verstandige

 

hartstocht

 

grooten

 
persoonlijkheid
 

kleinigheid

 

altijd

 

gedragen

 
fatsoenlijk