FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   7   8   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31  
32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   >>   >|  
dat oogenblik viel de duisternis plotseling in, en de zee, tot nog toe nauwelijks door een windje bewogen, begon haar golven over den Nautilus te werpen. Den volgenden dag, 26 Januari, passeerden wij op den 28sten meridiaan den evenaar, en kwamen daardoor wederom in het noordelijk halfrond. Dien dag werden wij omringd door een grooten troep haaien, vreeselijke dieren, waarvan deze zee wemelt, en die haar zeer gevaarlijk maken. Het waren haaien met bruinen rug en witten buik, met elf rijen tanden, zoogenaamde ooghaaien met een groote vlek op den hals, waaromheen een kring loopt, die haar op een oog doet gelijken, en Isabellahaaien met ronden snuit en bezaaid met donkere vlekken. Dikwijls stieten deze sterke dieren tegen het glas van den salon met een kracht, die ons vrij ongerust maakte. Ned Land was zich zelve dan niet meer meester. Hij wilde weer naar de oppervlakte om die monsters te harpoenen, die hem met bijzondere hardnekkigheid schenen uit te dagen. Maar de Nautilus verdubbelde weldra hare snelheid en liet de vlugste van die zeemonsters verre achter zich. Den 27sten Januari zagen wij aan den ingang der golf van Bengalen verscheidene malen lijken, die aan de oppervlakte dreven; het waren lijken uit de Indische steden, door den Ganges naar zee gestuwd, en die door de gieren nog niet geheel verslonden waren. Maar de haaien ontbraken niet om die aasvogels in hun noodlottig werk bij te staan. Tegen zeven uur 's avonds voer de Nautilus halfweg onder water door een melkzee; zoover het oog reikte scheen de Oceaan melkwit. Was dit ten gevolge van het schijnsel der maan? Neen, want de maan, die slechts twee dagen oud was, gaf nog niet veel schijn van zich, en was op dat oogenblik bovendien nog onder den gezichteinder verborgen. De hemel, hoewel vol heldere sterren, scheen zwart in vergelijking van het stille water. Koenraad kon zijn oogen niet gelooven, en vroeg mij wat de oorzaak van dit zonderling verschijnsel zijn kon. Gelukkig kon ik hem van antwoord dienen. "Dit noemt men een melkzee," zei ik, "een groote uitgestrektheid van witte golven, zooals men dikwijls bij de kusten van Amboina en in deze streken ziet." "Maar kan mijnheer mij zeggen," vroeg Koenraad, "waardoor dit verschijnsel ontstaat? Want ik veronderstel toch dat het water niet in melk veranderd is." "Neen, mijn jongen, en deze witheid, die je verwondert, ontstaat slechts door millioenen infusiediertjes, een soort van glimwormen, die er kleu
PREV.   NEXT  
|<   7   8   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31  
32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   >>   >|  



Top keywords:

Nautilus

 

haaien

 
Koenraad
 
verschijnsel
 
lijken
 

melkzee

 

oppervlakte

 

scheen

 

slechts

 

groote


golven

 

oogenblik

 

ontstaat

 

dieren

 

Januari

 
reikte
 

jongen

 
zoover
 

witheid

 
verwondert

Oceaan

 

veranderd

 
millioenen
 

melkwit

 

schijnsel

 

gevolge

 

noodlottig

 

aasvogels

 

ontbraken

 

gieren


geheel

 
verslonden
 

glimwormen

 

avonds

 

halfweg

 

infusiediertjes

 

streken

 

oorzaak

 

zonderling

 

gestuwd


gelooven

 

Amboina

 

Gelukkig

 

zooals

 

dikwijls

 

kusten

 
antwoord
 
dienen
 
mijnheer
 

zeggen