FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69  
70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   >>   >|  
terd: wat hebt u te antwoorden?" Ik moest noodwendig een beslissing nemen, en uitvluchten stuitten mij tegen de borst. "Vriend Ned," zei ik, "ziehier mijn antwoord: Je hebt gelijk en mijn bewijzen houden tegenover de uwe geen steek. Gij moet op den goeden wil van kapitein Nemo niet rekenen; de voorzichtigheid verbiedt hem ons de vrijheid terug te geven; derhalve gebiedt deze deugd ons om van de eerste de beste gelegenheid om den Nautilus te verlaten, gebruik te maken." "Goed, mijnheer Aronnax, dat is verstandig gesproken." "Slechts een opmerking," zei ik, "een enkele: de gelegenheid moet goed zijn; onze eerste poging om te vluchten moet gelukken; want doet zij het niet, dan zullen wij de gelegenheid waarschijnlijk nooit weer krijgen, en kapitein Nemo zal het ons niet vergeven." "Dat is alles heel juist," antwoordde de Amerikaan; "maar uw opmerking is toepasselijk op elke poging om te ontvluchten, hetzij die plaats hebbe over twee jaar of over twee dagen. Derhalve blijft altijd de vraag deze: als een gunstige gelegenheid zich voordoet, moet men er van gebruik maken?" "Juist; en zul je me nu eens zeggen, Ned, wat je door een gunstige gelegenheid verstaat?" "Deze: dat de Nautilus wel in een somberen nacht kort bij eenige Europeesche kust komt." "En zou je dan met zwemmen je trachten te redden?" "Ja, als wij dicht genoeg bij de kust waren en de Nautilus aan de oppervlakte dreef; doch zeker niet als wij te ver van land waren en het vaartuig onder water voer." "En wat zou je in dit geval doen?" "Dan zou ik trachten me van de sloep meester te maken: ik weet ermee om te gaan; wij gaan er binnen in zitten en als wij de ijzeren bouten er uit hebben geschroefd, rijzen wij naar de oppervlakte, zonder dat zelfs de stuurman onze vlucht zou bemerken." "Goed, Ned, loer dus op die gelegenheid; maar vergeet niet, dat een mislukking ons verderf zou zijn." "Ik zal dit niet vergeten, mijnheer!" "En wil je nu weten, Ned, wat ik over je plan denk?" "Graag, mijnheer Aronnax." "Welnu, ik denk, (ik zeg niet: ik hoop) dat deze gunstige gelegenheid zich nimmer zal voordoen." "Waarom niet?" "Omdat de kapitein zich niet ontveinzen kan, dat wij niet alle hoop hebben opgegeven om onze vrijheid te herkrijgen, en dat hij wel op zijn hoede zal zijn, vooral als wij in het gezicht der Europeesche kust varen." "Ik denk zooals mijnheer," zei Koenraad. "Wij zullen wel eens zien," antwoordde Ned Land, die met een
PREV.   NEXT  
|<   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69  
70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   >>   >|  



Top keywords:

gelegenheid

 

mijnheer

 

Nautilus

 

kapitein

 

gunstige

 

zullen

 

antwoordde

 

poging

 

Aronnax

 
opmerking

oppervlakte
 
trachten
 

Europeesche

 
hebben
 

vrijheid

 
eerste
 
gebruik
 

meester

 

binnen

 

verbiedt


geschroefd

 

rijzen

 
bouten
 
zitten
 

ijzeren

 

zwemmen

 

rekenen

 

genoeg

 

voorzichtigheid

 

vaartuig


redden

 

herkrijgen

 

opgegeven

 

ontveinzen

 

vooral

 

gezicht

 

Koenraad

 
zooals
 

Waarom

 

voordoen


vergeet

 

mislukking

 
bemerken
 

stuurman

 

vlucht

 

verderf

 
vergeten
 
nimmer
 

zonder

 
antwoorden