wist ik het perspektief
van ronde bogen die den gang vormen en uitzicht geven op de
rosse stammen en het grijze groen van ons mastenbosch, waaruit
nu bij poozen een zacht gemurmel werd vernomen. In den grooten
boog der open poort, als in een kader, lag de hof en de blauwe
hemel daar boven, als een wonderschoon schilderij. Het had nu en
dan zoo wat geregend, van dien zilveren zachten zomerregen die
alles nog schooner maakt. Het regende nu niet meer. De witte en
gouden wolken dreven lijk schepen door de blauwe lucht. Soms
hoopten zij te samen achter en boven de boomen van het eilandje,
in den vijver voor het huis, tot hooge ontzaglijke bergen en reuzige
ijstoppen. Er kwam een windje door de witte berken, in de
grasvlakte, en er regenden blinkende druppeltjes van de fijne
trillende blaadjes. Het was of de boomen rilden van een heimelijken
wellust in de warme gulden zon...
Over den weg, van aan de verre hof-poort, kwamen toen buren
aangewandeld. Ik dacht aan een gewoon bezoek, maar zij stonden
daar voor mij met kommervolle gezichten.
--"Luxemburg is bezet! Weet ge 't al? ... Het lijdt geen twijfel of Belgie
zal worden overrompeld."
Zij vroegen om raad wat ze doen moesten. Zij dorsten niet meer
buiten te blijven, zij waren bezorgd voor hun meisje. Ik ontwaakte uit
mijn droom en werd daar, opeens, gesteld voor een oorlogsvizioen:
overrompeling, brandstichting, moord, plundering, verkrachting...
Mijn huisgenooten kwamen toen ook buiten en er werd gesproken,
bekommerd en vertrouwend dooreen. Mijn oude vader lachte "met
al dien ongewettigden schrik" zooals hij 't noemde. Zijn hof was de
wereld en hij zag hoe rustig de blauwe hemel er boven stond, hoe
goed de perzikken rijpten op zijne fruitboomen, hoe weelderig de
erwten en de boonen oprankten langs de staken. Het kon niet zijn
dat de Duitschers onze onzijdigheid zouden schenden...
Maar van af dat oogenblik was alle rust uit mij heen en ik
voorvoelde, vaag en onduidelijk, al de ellenden die over ons
land en ons zelf gingen komen. Het is zoo altijd met groote
bekommernissen. Je weet niet juist wat het is of wat zal gebeuren
maar je hart wordt zwaar van drukkend en nijpend wee en het
harmonische bewegen van den geest verzwindt in een chaos van
duister-woelende gedachten en onbestemde angsten.
Dienzelfden avond, om 7 uur, overhandigde de duitsche gezant te
Brussel eene nota aan onze Regeering waarbij vrije doorgang
gevraagd werd voor het duitsche leger op ons grondg
|