mmende winkelramen opstak.
Een dag ook werd er een heel regiment van bij de 400 duitsche
landsturmers gevangelijk de stad binnen gevoerd. Ik zag ze van uit
de diepte der Zuiderlei aankomen tusschen de boomen. Zij gingen
in eene rosse wolk van stof. Het volk liep uit alle straten en huizen
dien kant uit. Gendarmen te paard reden voorop en achteraan
volgde de drom van voortstappende mannen. De toeschouwers
stonden nu in dichte haag links en rechts van de laan. Ik verkende
de blauwe tunieken en zwarte met-koper-belegde pinhelmen der
landsturmers. Het waren gehavende stakkers, met onverzorgde
gezichten en bestoven kleeren. Ik zie er nog altijd een met een
buikje en rood-rosse haren. Zij gingen ontwapend en moe tusschen
de belgische soldaten die het geleide vormden. Het volk huilde en
tierde uit schorre kelen, ik zag van-haat-vertrokken-gelaten en
uitpuilende oogen, ik hoorde gesis en gefluit. Zoo trokken zij heel de
stad door, langsheen de lanen, over de Meir en naar de Schelde,
waar zij op een boot werden gestoken. Het antwerpsche volk zag in
die bende de vertegenwoordigers van het gehate ras dat Vise,
Dinant, Tamines, Leuven en Dendermonde had platgebrand en
zooveel onschuldig bloed vergoot: De opwinding door de straten
deed mij denken aan het Romeinsche volk dat huilde en vuisten
balde tegen de Barbaren die in den triomf van een Cesar door
Rome werden gevoerd.
XIII-De Stijgende Neerslachtigheid
Was het om den moed er in te houden dat deze vertooning was
bevolen geworden? Want het begon er alles behalve triomfantelijk
uit te zien te Antwerpen. De havelooze kudden van vluchtelingen
die elken dag toekwamen waren het hartverscheurend bewijs hoe
verschrikkelijk het land geweld leed onder den knel van den
overweldiger. Toen Leuven en Aerschot werden in brand gestoken,
toen Dendermonde werd verwoest, toen Mechelen onder vuur werd
genomen, moesten er dringend maatregelen getroffen worden
opdat die gedwongen volksverhuizingen, die haar heil en toevlucht
zochten in de schijnbare zekerheid eener vesting, de reeds
omsingelde stad niet zonden overbevolken en tot hongersnood
brengen. Met heele drommen werden zij voortaan naar Oostende
gevoerd en op schepen gezet in bestemming voor Bngeland. Een
dag zag ik hoe de gevluchte Mechelaars in vergadering bijeen
geroepen waren op het Groen Kerkhof en door hun burgemeester
werden aangemaand terug hunne haardsteden te betrekken of naar
Engeland af te reizen. De Groote Markt s
|