FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157  
158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   >>  
en, seffens. Ik ben zoo dikwijls vernederd door u, en dat maakt me uitzinnig. We zullen Justa wegzenden. We zullen een schoon huizeken gaan bewonen, buiten, in 't loof. Niet waar?... Zeg dat ge me bedrogen hebt.... Hoe hebbe 'k dat toch kunnen gelooven! Goedele antwoordde niet. Ze had zich bij 't venster neergezet en tuurde in den tuin, die daar zoo wonderlijk met noesche zonne lag beklad. En Ursule en hield niet op. --Mijn kind, nooit begrijpt ge de wilde smert, die ge mij hebt aangedaan. Ik heb gedacht dat ik zinneloos werd te wege. Maar alles is maar spel. Waarom spreekt ge niet? Waarom blikt ge zijwaarts? Zie me hier wachten naar een woord. We zullen wegloopen uit deze leelijke woonste en in 't blijde groen gaan schuilen. Ik zal u vertellen van de heerlijke toekomst ... hoe prachtig die eendracht--gij en Romaan.... --Romaan trouwt. --Hoe wreed zijt ge, mijn Goedele! Wordt de jongen krankzinnig? --Hij heeft me gezeid dat hij trouwde. --Maar Wiezeken is immers dood! --Laat ons zwijgen--moeder.... Ursule tort vooruit. --Nu zwijgen!... Spijts alles, heb ik hope gehad. Spijts alles, wat me tot wanhoop neerdrukte. Ik heb me vastgeklampt aan een groot werk, dat in de toekomst liggen zou. Ho! ho! hebbe 'k niet gezwegen, jaren en jaren? Is niet van zwijgen mijn leven een lange calvarie? Spijts alles hebbe 'k mijn droom behouden. Mijne kinderen zijn in opstand gekomen. Ik had nog hoop, toch hoop. Ze liet haar hoofd zinken op hare borst en bracht hare beide handen bedrukt over haar aangezicht. --Nu is Romaan voor goed ... gestorven. Langzaam verliet ze de kamer. Haar breede rugge schokte opwaarts, alsof sterkelijk klopte in haar lijf een geweldig gesnik. Een zonderling gevoel kwam Goedele bewegen. Alle kwaadaardigheid was uit haar gedachten geweken, en ze zat nu heel beteuterd te herdenken moeders overweldigend wee. Om wille van Romaans nieuw besluit, hield ze op nog vertrouwen te hebben in de theoretische en uitsluitelijke bespiegelingen van haar broeder. Wat bleef er in waarheid nog over van heel dien kamp om vrije, onafhankelijke liefde? Hij trouwde. Hij deed heel kleintjes, heel gewoon mee met de dikke burgertjes. Hij werd "redelijk". Hij zou ook op strate loopen met Madeleen aan zijn arm, kreeftewijs, hij blikkend naar uitgestalde boeken, zij naar hoeden en nieuw-modegoed. Ze herinnerde zich goed dat ze zoo'n paar nagekeken had, eens op een dag--met Ameye. Ameye! Ze fronste hare wenkbra
PREV.   NEXT  
|<   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157  
158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   >>  



Top keywords:

Spijts

 

Goedele

 

zwijgen

 

Romaan

 

zullen

 

Waarom

 

toekomst

 

Ursule

 

trouwde

 

breede


redelijk

 

gestorven

 

Langzaam

 
verliet
 

burgertjes

 

geweldig

 
gesnik
 
klopte
 

nagekeken

 

uitgestalde


opwaarts

 

sterkelijk

 
schokte
 

kreeftewijs

 

fronste

 

loopen

 

zinken

 

Madeleen

 

kinderen

 

opstand


gekomen

 

wenkbra

 

strate

 

aangezicht

 

bedrukt

 

handen

 

bracht

 

blikkend

 

zonderling

 

onafhankelijke


vertrouwen

 

hebben

 

besluit

 
liefde
 

herinnerde

 

modegoed

 

boeken

 

hoeden

 
theoretische
 
waarheid