FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119  
120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   >>   >|  
evenals den noordelijken walvisch, zulke goede en weerlooze dieren, te vernietigen. Zoo hebben zij de geheele Baffinsbaai reeds ontvolkt, en zullen een geheele soort van nuttige dieren uitroeien. Laat ons dus die arme walvisschen met vrede laten; zij hebben reeds genoeg met hunne natuurlijke vijanden, de pot- zwaard- en zaagvisschen te doen, zonder dat gij er u mee hoeft te bemoeien." Men kan zich voorstellen welk gezicht de Amerikaan bij deze zedeles trok. Het was den moriaan gewasschen, om zulk een reden aan een visscher te willen opgeven. Ned Land keek den kapitein eens aan, en begreep zeker niet wat hij zeggen wilde. De kapitein had echter gelijk; de woeste en onnadenkende vervolgingszucht der walvischvaarders zal eens den laatsten walvisch uit den Oceaan doen verdwijnen. Ned Land floot de Yankee-doodle, stak de handen in de zakken en keerde ons den rug toe. Kapitein Nemo bleef evenwel den troep walvisschen bekijken, en zei, terwijl hij zich tot mij richtte: "Ik had gelijk met te zeggen, dat zonder eens den mensch mee te tellen, de walvisschen genoeg natuurlijke vijanden hebben; deze zullen hier heel spoedig met een sterke tegenpartij te doen hebben. Ziet gij daar op acht kilometer onder den wind, mijnheer Aronnax, die zwarte beweegbare punten?" "Jawel, kapitein," antwoordde ik. "Dat zijn potvisschen, vreeselijke dieren, die ik soms bij troepen van twee en drie honderd ontmoet heb. Men heeft gelijk die monsters te vernielen, omdat zij wreed en kwaadaardig zijn." De Amerikaan keerde zich bij deze woorden driftig om. "Welnu, kapitein," zei ik, "dan is het nog tijd, in het belang der walvisschen," "Het is onnoodig zich bloot te stellen, mijnheer de professor: de Nautilus is voldoende in staat om die potvisschen te verdelgen. Hij is met een stalen spoor gewapend, die, naar ik mij verbeeld, wel tegen den harpoen van meester Land kan opwegen." De Amerikaan ontzag zich niet de schouders op te halen. Deze beesten met spoorslagen aanvallen! wie had dat ooit gehoord? "Wacht maar, mijnheer Aronnax," zei de kapitein, "wij zullen u op een jachtpartij onthalen, die u nog niet kent; geen medelijden met die woeste visschen; het zijn enkel bek en tanden!" Bek en tanden! Men kon den grootkoppigen, soms vijf en twintig meter langen potvisch geen beteren naam geven. De verbazend groote kop van dit monster vormt ongeveer een derde deel van zijn lichaam. Flinker gewapend dan de walvisch, wiens bovenkaak alleen me
PREV.   NEXT  
|<   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119  
120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   >>   >|  



Top keywords:

kapitein

 

walvisschen

 

hebben

 

Amerikaan

 

gelijk

 

zullen

 

mijnheer

 

walvisch

 

dieren

 

woeste


gewapend
 

tanden

 

zeggen

 
keerde
 
geheele
 
genoeg
 

natuurlijke

 
Aronnax
 

potvisschen

 

vijanden


zonder

 

stalen

 

ontmoet

 

honderd

 

verbeeld

 

troepen

 

voldoende

 

woorden

 

onnoodig

 

driftig


belang
 
harpoen
 
kwaadaardig
 

stellen

 

vernielen

 

monsters

 

professor

 

Nautilus

 
verdelgen
 
verbazend

groote

 

beteren

 
twintig
 

langen

 
potvisch
 

monster

 
bovenkaak
 

alleen

 

Flinker

 
lichaam