FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153  
154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   >>   >|  
150.000 kilogrammen vermeerderde. Wij wachtten, wij luisterden en vergaten in gespannen verwachting ons lijden. Ons behoud stond als 't ware op een laatsten worp. Niettegenstaande het gesuis in mijn hoofd, hoorde ik weldra een gekraak onder den Nautilus; wij zakten; het ijs kraakte zonderling evenals papier, dat gescheurd wordt, en de Nautilus daalde. "Wij zijn er door!" fluisterde Koenraad mij in 't oor. Ik kon geen antwoord geven; ik greep hem bij de hand en drukte die onwillekeurig. Plotseling zonk de Nautilus door zijn ontzaglijke zwaarte als een kogel in het water; het was alsof het vaartuig in een leege ruimte naar beneden viel! Toen begonnen de pompen met de grootste macht het water uit de vergaderbakken te werpen; na weinige minuten kwam het vaartuig tot stilstand, en wees de manometer aan dat wij rezen; de schroef werkte met verbazende snelheid, zoodat de Nautilus onder de krachtige bewegingen trilde; wij gingen noordwaarts. Maar hoelang zou die vaart onder de ijsbank nog duren? Nog een dag? Dan was ik dood! Half liggend, half zittend op een rustbank in de bibliotheek, stikte ik bijna. Mijn gelaat was paars, mijn lippen waren blauw, al mijn krachten verlamd. Ik zag noch hoorde iets meer. Ik kon aan geen tijdruimte meer denken. Ik weet dus niet hoelang dit duurde, maar ik begreep dat mijn doodstrijd begon! Ik voelde dat ik ging sterven!.... Plotseling kwam ik weer bij zinnen. Een zuivere lucht drong in mijn longen. Waren wij aan de oppervlakte? Waren wij eindelijk onder de ijsbank uit? Neen, het waren Ned en Koenraad, mijn twee wakkere vrienden, die zich opofferden om mij te redden. In een van de toestellen bleef nog een beetje lucht over; in plaats van dit voor zich te behouden, hadden zij het voor mij bewaard, en terwijl zij zelven bijna stikten, goten zij mij het leven in. Ik wilde het toestel van mij afstooten, doch zij hielden mij de handen vast, en ik ademde eenige oogenblikken met het grootste genot. Ik keek naar de klok, het was elf uur in den morgen. Wij moesten dus 28 Maart hebben. De Nautilus voer met een duizelingwekkende snelheid van veertig kilometer per uur. Waar was de kapitein? Was hij bezweken? Waren zijn makkers dood evenals hij? Op dat oogenblik wees de manometer aan, dat wij nog maar ruim zes meter ijs boven ons hadden; een betrekkelijk dunne ijskorst scheidde ons dus van den dampkring af; kon die niet doorgebroken worden? Misschien; in allen gevalle scheen de Naut
PREV.   NEXT  
|<   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153  
154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   >>   >|  



Top keywords:
Nautilus
 

Plotseling

 

vaartuig

 

manometer

 

ijsbank

 
hadden
 
hoelang
 

snelheid

 
grootste
 

evenals


Koenraad

 

hoorde

 
scheidde
 

vrienden

 
dampkring
 

ijskorst

 
wakkere
 
opofferden
 

toestellen

 

beetje


redden

 

betrekkelijk

 

oppervlakte

 

doodstrijd

 

voelde

 

begreep

 

scheen

 

duurde

 

gevalle

 

sterven


doorgebroken

 
longen
 

worden

 

zuivere

 

Misschien

 
zinnen
 

eindelijk

 
oogenblikken
 

eenige

 
kapitein

kilometer
 

hebben

 
duizelingwekkende
 
morgen
 

veertig

 

moesten

 
ademde
 

bewaard

 
terwijl
 

zelven