FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52  
53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   >>  
ns en Bob zijn toch geen poesjes, die zijn toch niet op het dak geklauterd? Kom, kom, vrouwtje, maak je toch zoo angstig niet. De bengels zullen zich zeker verstopt hebben." "Ik heb ze overal gezocht," zei Leni, nu wel een beetje gerustgesteld. Ze gingen zoeken boven. Maar toen niemand ze vond, maakte een vreeselijke angst zich van hen meester. Er was geen twijfel meer aan. Bob en Hans waren op het dak geklommen en naar beneden gevallen. Allen zagen lijkwit. Plotseling werd er hevig gebeld en stonden ze stijf van schrik. Ieder verwachtte nu te hooren, wat ze zoo zeer vreesden. Kee kwam naar boven hollen en vloog vader bijna omver, die juist naar beneden wilde. "Ze--ze--" stotterde ze,--"ze--zitten--daar," en Kee wees met den vinger,--"daar gunder--op het--dak.--De slagersjongen kwam--het mij--zeggen"--hijgde ze,--"och, die wurmen, die wurmen! Het--staat--daar vol menschen, de politie--is er ook, och hemeltje--och, och! Enne, die kan--niet bij ze--komen, omdat de menschen--die--daar wonen--uit--de stad zijn. Die stakkers! Wat ze--aan hebben, weet ik niet, maar--ze zien er heel gek--uit--zegt de slager." Allen holden naar beneden. Mevrouw Van Brakel kon van schrik bijna geen voet verzetten. Ja waarlijk, een huis of zes verder zaten boven op het dak, als twee parkietjes, Hans en Bobbie. Intusschen had de politie van de buren den sleutel gehaald en was een agent naar boven geklommen. Een algemeene kreet van blijdschap ging op uit de volksmenigte, toen ze den agent op het dak zagen. En een oorverdoovend hoera brak los, toen hij met Hans, en mijnheer Van Brakel, die den agent gevolgd was, met Bob weer uit het huis kwamen. Mevrouw Van Brakel schreide en lachte te gelijk en geen van hen wist van blijdschap wat te doen. "Kindertjes, kindertjes," zei mevrouw Van Brakel, toen men een beetje van den schrik bekomen was, "hoe kwamen jullie er toch toe?" "Heeft ze een vogeltje gepakt, tante?" vroeg Hans. "Een vogeltje gepakt? Wie wilde een vogeltje pakken?" "Julia," zei Bob, en toen vertelde hij alles. "lederen keer, als ik haar staart wilde grijpen, liep zij verder en op 't laatst zagen wij Julia nergens meer." "En waarom liepen jullie toen niet terug?" vroeg Nel. "Wij durfden ons niet omdraaien. Wij wisten ook heelemaal niet, hoe ver we geloopen waren." En op eens barstte Hans in een zenuwachtig schreien uit. "O, we waren toch zoo bang." "Jullie kleine, domme kereltjes," zei mijnheer Van Brakel trooste
PREV.   NEXT  
|<   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52  
53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   >>  



Top keywords:

Brakel

 

schrik

 

vogeltje

 

beneden

 

mijnheer

 

geklommen

 

kwamen

 

wurmen

 

jullie

 

verder


gepakt

 

menschen

 

politie

 

beetje

 

hebben

 

Mevrouw

 

blijdschap

 

Intusschen

 
lachte
 

Bobbie


gelijk

 
Kindertjes
 

parkietjes

 

algemeene

 

gevolgd

 

volksmenigte

 

gehaald

 

sleutel

 

schreide

 
oorverdoovend

lederen
 

heelemaal

 

geloopen

 

wisten

 
omdraaien
 
durfden
 
barstte
 

kleine

 
kereltjes
 

trooste


Jullie

 

zenuwachtig

 

schreien

 

liepen

 

waarom

 

pakken

 

vertelde

 

mevrouw

 

bekomen

 

laatst