FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   >>  
len bezielde; ik ging naar beneden! op het oogenblik dat een nieuwe kogel weer op den Nautilus afsprong, en hoorde den kapitein roepen: "Schiet, dwaas vaartuig! Verspil nutteloos je kogels! Je zult aan de spoor van den Nautilus niet ontsnappen. Maar hier moet je niet te gronde gaan! Ik wil niet dat je wrak op dezelfde plaats ligt als dat van den roemrijken Vengeur!"' Ik ging weer naar mijn kamer; de kapitein en de stuurman waren op het plat gebleven. De schroef werd in beweging gebracht en de Nautilus verwijderde zich met groote snelheid, om buiten het bereik der kogels te komen. Doch de vervolging duurde voort, en kapitein Nemo vergenoegde zich toen met den afstand in het oog te houden. Tegen vier uur des namiddags kon ik het ongeduld en de onrust, die mij kwelden, niet meer bedwingen, en ik ging naar de middeltrap. Het luik stond open, ik waagde mij op het plat. De kapitein liep er in ontroering heen en weer. Hij keek naar het schip, dat op vijf of zes kilometer onder den wind van ons afbleef. Hij draaide er als een wild dier omheen, en het oostwaarts achter zich aanlokkend, liet hij zich vervolgen. Evenwel viel hij niet aan; misschien aarzelde hij nog. Ik wilde een laatste poging aanwenden; maar nauwelijks had ik den mond opengedaan, of hij legde mij het zwijgen op, door te zeggen: "Ik ben de rechtvaardigheid, ik ben het recht! Ik ben de verdrukte, daar is de onderdrukker! Daardoor is al wat ik heb liefgehad, bemind en geeerd, vernietigd; vaderland, vrouw, kinderen, vader en moeder! Al wat ik haat is daar voor mij. Zwijg dus!" Ik wierp een laatsten blik op het schip, dat de snelheid vermeerderde. Daarna ging ik weer naar Koenraad en Ned Land. "Wij zullen vluchten!" zei ik. "Goed," antwoordde Ned! "maar wat is het voor een schip?" "Ik weet het niet; maar waar het ook vandaan zij, voor middernacht is het in den grond geboord. In allen gevalle is het beter met dit schip te zinken, dan deelgenooten te zijn van een wraak, waarvan wij de billijkheid niet kunnen beoordeelen!" "Zoo denk ik er ook over," antwoordde Ned Land bedaard. "Wij moeten den nacht afwachten." De nacht kwam. Er heerschte doodelijke stilte aan boord. Het kompas deed ons zien, dat de Nautilus niet van richting veranderd was. Ik hoorde het geraas van de schroef, die zich met groote regelmatigheid bewoog. Het vaartuig bleef op de oppervlakte, en een lichte deining deed het heen en weder schommelen. Mijn makkers en ik hadden besloten om
PREV.   NEXT  
|<   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   >>  



Top keywords:

kapitein

 

Nautilus

 

schroef

 

groote

 

snelheid

 

antwoordde

 

hoorde

 

kogels

 
vaartuig
 
regelmatigheid

lichte

 

deining

 
moeder
 

oppervlakte

 

laatsten

 

vermeerderde

 

bewoog

 
Koenraad
 

Daarna

 
verdrukte

makkers

 
rechtvaardigheid
 

hadden

 

zwijgen

 

zeggen

 

besloten

 

onderdrukker

 

Daardoor

 

bemind

 

geeerd


vernietigd
 

vaderland

 
liefgehad
 

schommelen

 

kinderen

 

doodelijke

 

waarvan

 

billijkheid

 

stilte

 

kompas


heerschte

 

kunnen

 

bedaard

 

moeten

 

afwachten

 

beoordeelen

 
deelgenooten
 

vluchten

 

zullen

 

veranderd