antieken geest, en heel de volmaaktheid van den Griekschen geest
is. Harmonie van ziel en lichaam--hoeveel is dat niet! Wij, in onze
dwaasheid hebben ze van elkaar gescheiden en hebben een realisme
uitgevonden, dat vulgair en een idealisme, dat hol is.--Harry, als je
weten kon wat Dorian Gray voor mij is! Herinner je je dat landschap
van me, waar Agnew zooveel voor bood, maar waar ik niet van wou
scheiden? Het is een van mijn beste werken. En waarom? Omdat, terwijl
ik het schilderde, Dorian Gray naast mij zat. Een subtiele invloed
ging van hem over op mij, en, voor het eerst in mijn leven, zag ik in
het eenvoudige boomlandschap dat, wat ik altijd zocht, en altijd
miste.
--Basil, dat alles is bepaald interessant. Ik moet dien Dorian Gray
eens zien.
Hallward stond op, liep den tuin op en neer. Na een korte poos kwam
hij terug.
--Harry, zeide hij. Dorian Gray is niets dan een motief in mijn kunst.
Jij zou niets in hem zien. Ik zie alles in hem. Hij is nooit meer in
mijn werk, dan wanneer zijn wezen niet om mij is. Hij is, zooals ik
zei, een suggestie van iets nieuws. Ik vind hem terug in de rondingen
van zekere lijnen, in de lieflijkheid en fijnheid van zekere kleuren.
Dat is alles.
--Maar waarom wil je dan zijn portret niet expozeeren? vroeg Lord
Henry.
--Omdat, zonder het te willen, ik er iets in heb gelegd van deze
curieuze artistieke idolatrie, waar ik natuurlijk met hem nooit over
gesproken heb. Hij weet daar niets van. Hij zal er ook nooit iets van
weten. Maar de wereld mocht het eens raden, en ik wil mijn ziel niet
bloot geven aan hun domme nieuwsgierige oogen. Mijn hart zal nooit
onder hun microscoop komen. Daar is te veel van mijzelven in dat doek,
Harry,--te veel van mijzelven!
--Dichters zijn niet zoo teergevoelig als jij. Zij weten best hun
passies te gebruiken om naam te maken. Een gebroken hart geeft
tegenwoordig telkens nieuwe uitgaven.
--Ik haat ze daarom! riep Hallward uit. Een artist moet mooie dingen
scheppen, maar er niets van zijn eigen leven in leggen. We leven in
een eeuw waarin kunst als een soort autobiografie beschouwd wordt. Wij
hebben het abstracte idee van schoonheid verloren. Eens zal ik de
wereld toonen wat dat is, en daarom zal de wereld ook nooit mijn
portret van Dorian Gray zien.
--Ik geloof, dat je ongelijk hebt, Basil, maar ik wil niet met je
kibbelen. Intellectueel verloren is iedereen, die redeneert. Zeg eens,
is Dorian Gray erg op jou gesteld?
De schilder dacht
|