komen wij in een dorp.
De oude tegenstelling vindt gij ook daar. Gij zult haar kunnen ontmoeten
in een klein nederig huis, dat geheel gesloten is. Nog gisteren was het
open, en prijkte het eenige raam met verschillende winkelwaren. Achter
in den winkel lag een hoop talhout en turf, benevens klompen en touw;
worsten hingen van de zoldering af en aan een houten rek boven de
toonbank eenige bundels vetkaarsen. Maar voor het raam was eene
heerlijke uitstalling; daar lagen, tot mondterging van alle kleine
broekemannetjes, die naar de bewaarschool gingen, wat appels, een
schoteltje, waarop eenige geelgestreepte brokken, en wat zoetgoed, in
eenige koekjes van een hoogst verdacht en dubbelzinnig voorkomen en van
de zonderlingste kleuren bestaande--een gruwel voor u, mevrouw, als men
ze had durven vertoonen aan uwe theetafel met de fijne Japansche kopjes,
eene heerlijkheid voor de kleine schoolkinderen, die er op de toonen
naar stonden te hunkeren en met de vingers tegen de glasruiten er naar
wezen; zoo valt er over de smaken niet te twisten. Voorts hingen daar
drie geelgroene sigaren aan een touwtje, en er stonden ook twee
bierglazen, een met knikkers en een met griffels gevuld; en op eene van
de ruiten was een papier geplakt, dat "doopgoed te huur" aankondigde. En
waarlijk! er hing ook eene prent van Klein Duimpje, die ik al zoo lang
tevergeefs gezocht had, namelijk een ouden, echten Klein Duimpje, geen
nieuwe namaak. Want ook deze antiquiteit wordt, als zoo vele andere
oudheden, nagemaakt! Maar dan is de charme er af, de geur van archaisme
en naiefheid verloren. Zelfs de versjes worden gemoderniseerd en
verliezen al hunne waarde. Nog herinner ik mij een van die tweeregelige
onderschriften:
Moeder zeit wel dat is fraai
Daar zit hij in de eetschapraai.
Wat dat beteekende wisten niet alleen mijne kornuiten niet; ook de
groote menschen begrepen het niet meer. Maar ik wist van mijn vader, die
oude boeken kende, dat schapraai oudtijds een kastje, een buffetje
zouden wij nu zeggen, beteekende en ik was trotsch op deze kennis. Het
was mijn eerste woord Oud-Hollandsch, en het heeft misschien invloed
uitgeoefend op mijne zucht om er meer van te kennen. Later verlangde ik
dikwijls naar zulk een ouden echten Klein Duimpje als eene herinnering
aan de jeugd. Ik zocht er naar, alsof het den houtprenten gold van een
Spieghel onser Behoudenis. Maar ik vond hem nooit. Wel nieuwe
namaaksels, zonder de eetschapraai, die de modern
|