FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46  
47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   >>   >|  
--Heeft hij iets beschreven? --Ik weet het niet, mensch, maar 't zal niet veel wezen wat hij achterlaat, hij liet zich door iedereen inpakken. --Dat zeggen ze; ik had hem in geen tien jaren gezien; maar hij was altijd wel wat losjes met 't geld. --Neen, er moet wel wat zitten, hoewel ik niet zeggen wil, dat hij goed op zijne zaken paste: 't is hard genoeg voor die 't rechtvaardig toekomt! --Och vrouw, wat zal ik je zeggen, een mensch is maar een mensch, en hij had ook al 't zijne van de zonde, en dat zullen we nu maar niet ophalen, ik zeg maar, de Heere heeft het oordeel. Maar al matigden zich alleen beschikte, openlijk door ieder dezen ook reeds het oordeel aan, de overledene bewoog er zich niet om in zijne onverstoorbare rust. --Och! hij heeft mij zoo veel goed gedaan, zeide, stil in een hoek, en afzonderlijk zittend, op hartelijken, diep erkentelijken toon, terwijl zij een traan wegveegde, eene vrouw, die niet tot de belanghebbenden behoorde, maar met eenige andere gebeuren daar mede tegenwoordig was;--och, hij heeft mij zoo veel goed gedaan, en verleden winter nog, toen mijn jongen er zoo naar aan toe was. Maar lof noch blaam was meer iets werkelijks voor den overledene, en zijn strak, onbewogen gelaat was het beeld eener ziel, voor welke dat alles thans in het niet was weggezonken. Grootsch maar huiveringwekkend is die kalmte en dat verheven zijn boven alle oordeel der menschen. Intusschen was de ontzegeling geschied en ging de notaris een bureau--kastje onderzoeken, waar men met lange halzen en opgesperde oogen omheen stond, in verwachting van een testament, waarin ieder der aanwezigen als een ver en onduidelijk denkbeeld had, alleen tot erfgenaam benoemd te moeten zijn. Maar niets van dien aard werd gevonden, louter papieren van geene waarde en eenig los geld. In de laden onder de kast vond men 's mans kleederen en het zondagspak van zonderlinge oude snede, netjes in een doek gewikkeld, onderaan. --Wat willen de vrienden met de kleederen gedaan hebben? vroeg de notaris. Er was eenige woordenwisseling over; niemand wilde ze hebben, dus was het besluit: verkoopen. Doch de vrouw, wier dankbaarheid wij straks hoorden, bewerkte, dat men het goed eene andere bestemming geven zou, en niet dulden, dat 's mans kleederen in het openbaar, aan Jan en alleman, misschien met bespotting, zouden verkocht worden. Brave ziel, dat was een kiesch denkbeeld, dat uwe dankbaarheid u daar heeft ingegeven!
PREV.   NEXT  
|<   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46  
47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   >>   >|  



Top keywords:

kleederen

 

mensch

 
gedaan
 

zeggen

 

oordeel

 
andere
 

hebben

 

denkbeeld

 

alleen

 
dankbaarheid

notaris

 
eenige
 

overledene

 

waarde

 

papieren

 
louter
 

gevonden

 

waarin

 

onderzoeken

 

halzen


opgesperde
 

kastje

 
bureau
 

Intusschen

 

menschen

 

ontzegeling

 

geschied

 
omheen
 

erfgenaam

 

onduidelijk


benoemd
 
moeten
 

verwachting

 
testament
 

aanwezigen

 

willen

 

dulden

 

openbaar

 
bestemming
 
bewerkte

straks

 

hoorden

 

alleman

 

kiesch

 
ingegeven
 

worden

 

misschien

 

bespotting

 
zouden
 

verkocht