FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78  
79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   >>   >|  
rden dagelijks wel zottere gevolgtrekkingen gemaakt--dat ik dus ook een merkwaardig man ben. En mocht er iemand zijn, die mij dit zou willen tegenspreken--welnu dan betuig ik, dat ik van plan ben, het zeer spoedig te worden. Met dit te zeggen, wil ik al dadelijk toonen, dat ik ook versierd ben--enkele oude kniesooren zouden zeggen _besmet_--met die prijzenswaardige oprechtheid en dat gevoel van eigenwaarde, welke de menschen bezielen en waarmede zij, aan hunne eigene bekwaamheden en uitstekendheid de verschuldigde hulde doende,--omdat niemand anders dit doet, zeggen weer de oude kniesooren--niet nalaten zich openlijk aan te prijzen,--als koopwaar, zouden de kniesooren al weder aanmerken. En ik ben ook verplicht, de lezers dezer bladen hieromtrent dadelijk gerust te stellen, want waarom zouden zij zich bezighouden met iemand, van wien zij vooruit wisten, dat hij niet merkwaardig is? Mijnheer Tjilp en dokter Vijzel hebben ook altijd gezegd, dat er veel in mij zat. Nu zullen misschien menschen, die mijnheer Tjilp en dokter Vijzel niet eens kennen, zeggen, dat dit niets bewijst; of menschen, die mijnheer Tjilp en dokter Vijzel wel kennen, beweren, dat het van den eerste goedaardige beleefdheid en van den ander een grillig idee was--want dokter Vijzel zat vol grillige ideeen. Maar ik geef u de verzekering, dat mijnheer Tjilp en dokter Vijzel de waarheid spreken. --Neen, die eigenwaan is al te erg, zei mijnheer Tjilp.... Mijnheer Tjilp--een vriend van mij, waarde lezer! Ik heb de eer, hem u voor te stellen. Onder ons gezegd, ik durf bij u maar half met hem voor den dag komen, want hij is volstrekt geen merkwaardig man, en hij is mijn nederige onderwijzer op de viool,--en, en ... hij ziet er soms maar heel raar en kaal in de kleeren uit. --Waarom te erg? vroeg ik, hem dit blad voorgelezen hebbende. --Neen jongen! neen, zei de man zich ergerende, het is niet goed, wees nederig.... --Mijnheer Tjilp.... --Neen, jongen! laat het anderen over ons te prijzen, als er iets te prijzen valt; die van zichzelven met zooveel eigenwaan spreekt, is een gek, zeg ik.... --Mijnheer Tjilp.... --Is een, gek, zeg ik, men moet.... Maar terwijl ik het uitschater om het zotte _quiproquo_, waarbij mijnheer Tjilp zichzelf voor een gek verklaarde, houdt mijnheer Tjilp voet bij stuk. --Men moet.... --Mijnheer Tjilp, zei ik, eindelijk aan het woord komende, en hem met een knipoog wenkende:--gij weet immers, dat men de wa
PREV.   NEXT  
|<   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78  
79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   >>   >|  



Top keywords:

mijnheer

 

Vijzel

 

dokter

 

Mijnheer

 
zeggen
 

kniesooren

 

zouden

 
merkwaardig
 

menschen

 
prijzen

stellen

 

jongen

 
kennen
 

eigenwaan

 

gezegd

 
dadelijk
 

iemand

 
gevolgtrekkingen
 

kleeren

 

voorgelezen


Waarom

 

hebbende

 

vriend

 
waarde
 

volstrekt

 

nederige

 

gemaakt

 

onderwijzer

 

verklaarde

 

quiproquo


waarbij

 

zichzelf

 

eindelijk

 

immers

 

wenkende

 

komende

 
knipoog
 
anderen
 
nederig
 

zichzelven


zooveel
 

terwijl

 

uitschater

 

dagelijks

 

spreekt

 

zottere

 

ergerende

 

willen

 

lezers

 

bladen