FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  
e uitdrukking in de verte zag staren. Nu fladderen zijn gedachten als vlindertjes tegen een muur aan, waarachter de bloemen zijn die ze onbewust zoeken. Ze stooten hun kopjes, en van hun wiekjes breekt stofgoud los... Arme prins! --Waar denkt mijn prins aan? had ze eenmaal gevraagd, toen haar pleegkind over een boek gebogen, met oogen waarin een onuitgesproken vraag zweefde, voor zich heen staarde. --Dat weet ik niet, voedster. Mijn oogen zoeken soms als ik waak, dingen die ik misschien gedroomd heb. --Arme prins ... dacht de vrouw toen weer; en drukte de hand stijf op haar hart, omdat het vogeltje er in zoo luid zong. De prins zou weldra meerderjarig zijn; en uit blijdschap daarover, wilde de koning een schitterend feest geven, en een reis maken met zijn zoon door het gansche land, opdat het volk zou kunnen zien en toejuichen, hem, die eenmaal over hen zou heerschen. Daarna zou het huwelijk van den prins, met een prinses uit een naburig land, gesloten worden. De prins kende zijn aanstaande vrouw niet. Het huwelijk dat hij zou aangaan, was hem voorgesteld als een plicht, waaraan hij niet dacht zich te onttrekken. Hij had echter zijn vader gesmeekt, den dag van zijn meerderjarigheid stil te mogen doorbrengen in het paleis, in zijn gewone, rustige omgeving. En de koning, zijn kind zulk een eenvoudig-geuit verzoek niet willende weigeren, had hierin toegestemd. Dien dag stond de prins, reeds kort nadat de eerste vogeltjes hun veertjes in den morgendauw hadden losgeschud, voor het verblijf van zijn voedster-moeder, en klopte aan. Tot zijn blijdschap had de goede vrouw dien dag ook niet korter willen maken dan hoog noodig was, en vond hij haar gereed, ongeduldig wachtend op het oogenblik waarin ze den prins zou zien. --Nu kom ik u danken!... zei de prins, haar op beide wangen kussende; en terwijl hij zijn arm om haar heen lei, voerde hij de van vreugde blozende vrouw de breede trappen van het paleis af, den tuin in, waar dauwdruppels vonkelden op bloemen en gazon, en een blauw waas, van licht doortrokken, over de verre boomen hing. De prins sprak eerst niet veel; maar zijn oogen, diep en helder als wijze kinder-oogen, straalden ongewoon vast in zijn verstandig, fraai-gevormd gezicht. Bij een bank gekomen, in een stil gedeelte van het park, zei de prins, zijn gezellin aanziende: --Voedster, laat ons hier even rusten. Ik heb u iets te vragen, dat u zeker niet verwonderen zal. De morgen, die met haa
PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  



Top keywords:
waarin
 

koning

 

voedster

 
huwelijk
 

blijdschap

 
bloemen
 

paleis

 

eenmaal

 

zoeken

 

wachtend


kussende

 
ongeduldig
 

danken

 

wangen

 

terwijl

 

oogenblik

 

vogeltjes

 

eerste

 

veertjes

 
morgendauw

hadden

 

toegestemd

 
hierin
 

losgeschud

 

verblijf

 

willen

 

noodig

 
korter
 

voerde

 
klopte

moeder

 

gereed

 

gedeelte

 

gezellin

 
aanziende
 

Voedster

 

gekomen

 
verstandig
 

gevormd

 

gezicht


verwonderen

 
morgen
 

vragen

 

rusten

 

ongewoon

 

vonkelden

 

weigeren

 

dauwdruppels

 

breede

 

blozende