FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   479   480   481   482   483   484   485   486   487   488   489   490   491   492   493   494   495   496   497   498   499   500   501   502   503  
504   505   506   507   508   509   510   511   512   513   514   515   516   517   518   519   520   521   522   523   524   525   526   527   528   >>   >|  
aanzag, voegde zij er luid bij: "Je houdt volstrekt niet van je moeder, dat is niets dan een phrase en nog eens een phrase!" "Als het zoo gesteld is, moet men...." "... Een besluit nemen, en ik ben besloten," antwoordde zij en wilde gaan. Maar op hetzelfde oogenblik werd de deur geopend en trad Jawschin binnen. Anna beantwoordde zijn groet en bleef in de kamer. Zij onderdrukte dadelijk den opgekomen storm in haar binnenste, nam weer plaats en trad met haar gast in gesprek. "Hoe staat het met de schuld? Zou ze u betaald worden?" vroeg zij. "Alles zal ik wel niet bekomen," antwoordde hij. "Woensdag vertrek ik. Wanneer reist u af?" "Ik denk overmorgen," antwoordde Wronsky. "Je hebt dat al zoo lang voorgenomen, dat ik denk, dat je ook ditmaal niet wegkomt." "Daarvan ben ik zelfs overtuigd," zeide Anna en zag daarbij Wronsky met een blik in de oogen, die beteekende: vat dit kalm gesprek niet op als een bewijs van de mogelijkheid eener verzoening. "Heeft u geen medelijden met den ongelukkigen schuldenaar?" wendde zij zich tot Jawschin. "Ik heb dit mij zelf nooit gevraagd, Anna Arkadiewna. Mijn geheel vermogen draag ik hier" en hij wees op zijn borst. "Heden ben ik een rijk man, maar ga ik in de club, dan kom ik van avond misschien als een bedelaar terug. Hij, die zich met mij aan de speeltafel zet, doet ook zijn uiterste best om mij het vel over de ooren te halen. Zoo kampen wij met elkander en juist daarin bestaat het genoegen." "Maar als u getrouwd was," zeide Anna, "hoe zou uw vrouw dan te moede zijn?" Jawschin lachte. "Om die reden ben ik ook ongetrouwd en zal het ook blijven." "En Helsingfors?" zeide Wronsky lachend en zag daarbij Anna aan, die ook lachte. Hun blikken ontmoetten elkander, maar Anna's gelaat nam dadelijk een koele, terughoudende uitdrukking aan, alsof zij zeggen wilde: "Niet vergeten! Tusschen ons blijft het onveranderd." "Was u werkelijk eenmaal verliefd?" vroeg zij Jawschin. "O, mijn God, hoe dikwijls! Maar begrijp mij wel: Altijd zoo, dat ik er de speeltafel niet om verzuimde." "Maar hoe was het met die, daar te ...?" Zij wilde vragen: "te Helsingfors," maar zij wilde dit woord niet herhalen, omdat Wronsky het reeds had uitgesproken. Op dit oogenblik trad Woitow binnen, die Wronsky's hengst wilde koopen. Anna stond op en verliet met onverschillig voorkomen de kamer. Voor Wronsky wegreed, zocht hij Anna nog eenmaal op. Toen zij zijn schreden hoorde, nam zij
PREV.   NEXT  
|<   479   480   481   482   483   484   485   486   487   488   489   490   491   492   493   494   495   496   497   498   499   500   501   502   503  
504   505   506   507   508   509   510   511   512   513   514   515   516   517   518   519   520   521   522   523   524   525   526   527   528   >>   >|  



Top keywords:

Wronsky

 

Jawschin

 
antwoordde
 

dadelijk

 

gesprek

 
eenmaal
 

daarbij

 

lachte

 
Helsingfors
 

speeltafel


phrase

 

binnen

 

oogenblik

 

elkander

 
blijven
 

misschien

 

uiterste

 

ongetrouwd

 

daarin

 

bedelaar


genoegen

 

kampen

 

bestaat

 

getrouwd

 

onveranderd

 

uitgesproken

 

Woitow

 

herhalen

 

verzuimde

 
vragen

hengst

 

koopen

 

schreden

 
hoorde
 
wegreed
 
verliet
 

onverschillig

 

voorkomen

 
Altijd
 

begrijp


uitdrukking

 
zeggen
 
terughoudende
 
blikken
 

ontmoetten

 

gelaat

 
vergeten
 

Tusschen

 

dikwijls

 

verliefd