het vuur,
en het kind, Maria van Bourgondie, in een wieg in de kinderkamer, maar
bovendien staan er in de kraamkamer twee groote bedden in een kunstig
samenstel van groene gordijnen, opgemaakt en opgeslagen, als om erin te
gaan slapen, en in de kinderkamer opnieuw twee groote bedden, alles met
groen en violet, en nogmaals een groot bed in een voorvertrek of
"chambre de parement", geheel getapisseerd in karmozijn satijn. Zij was
vroeger door die van Utrecht aan Jan zonder Vrees vereerd, en heette
"la chambre d'Utrecht". Bij de doopplechtigheid dienen die bedden tot
ceremonieus gebruik. [133]
Die aesthetiek der levensvormen deed zich gelden in het dagelijksch
aspect van stad en land: de strenge hierarchie van stoffen, kleuren
en pelzen gaf aan de verschillende standen een uiterlijke omlijsting,
die het waardigheidsgevoel verhief en behoedde. De aesthetiek der
gemoedsbewegingen beperkte zich niet tot de plechtige vreugden en
smarten bij geboorte, huwelijk en sterven, waar de parade door de
noodzakelijke ceremonien geboden was. Elk ethisch gebeuren wordt gaarne
gezien in een fraai opgemaakten vorm. Er is zulk een element in de
bewondering voor de nederigheid en de zelfkastijding van den heilige,
voor het berouw van den zondaar, zooals de "moult belle contrition de
ses peches" van Agnes Sorel. [134] Elke levensverhouding wordt in stijl
gebracht; in de plaats van de moderne zucht tot verbergen en effaceeren
van intieme betrekkingen en sterke aandoeningen geldt het streven, om ze
tot een vorm en een schouwspel ook voor anderen te maken. Zoo heeft ook
de vriendschap in het leven der 15e eeuw haar schoon uitgewerkten vorm.
Naast de oude bloedbroederschap en wapenbroederschap, die in de kringen
zoowel van het volk als van den adel in eere was, [135] kent men een
vorm van sentimenteele vriendschap, die uitgedrukt wordt door het woord
mignon. De vorstelijke mignon is een geformaliseerd instituut, dat zich
gedurende de geheele 16e en een deel der 17e eeuw handhaaft. Het is de
verhouding van Jacobus I van Engeland tot Robert Carr en George
Villiers; ook Willem van Oranje bij den afstand van Karel V moet onder
dit aspect gezien worden. _Twelfth Night_ is slechts te begrijpen, als
men bij de verhouding van den hertog tot den gewaanden Cesario dezen
geijkten vorm van sentimenteele vriendschap voor oogen heeft. De
verhouding wordt gezien als een parallel tot de hoofsche liefde: "Sy
n'as dame ne mignon", zegt Chastellain. [136] Doch elke
|