aar moeten nog
gordijnen worden opgehangen, en dat zal niemand kunnen doen als ik."
"God weet, of zij zich wel geheel verzoend hebben," dacht Anna,
toen zij Dolly's koelen en rustigen toon hoorde.
"Ach, Dolly! je hebt altijd zwarigheden," antwoordde haar man,
"als ge wilt, zal ik alles in orde brengen."
"Ja, ik weet wel, hoe gij dat zoudt doen. Gij beveelt het aan Matjeff
en rijdt dan uit, en Matjeff brengt alles in de war!"--Een spotachtig
lachje omkrulde, als gewoonlijk, Dolly's lippen toen zij die woorden
sprak.
"Volkomen verzoening, God zij dank!" dacht Anna, "God zij dank!" En
terwijl de vreugde dit volbracht te hebben haar geheel doortintelde,
trad zij op Dolly toe en kustte haar. Den ganschen avond sloeg Dolly,
even als anders in den omgang met haar man, een vroolijk plagenden toon
aan, en hij was tevreden en opgeruimd, doch zoo, dat hij toonde, dat
hij, wien men pas een schuld had vergeven, deze nog niet had vergeten.
XIV.
Het bal was juist begonnen, toen Kitty met haar moeder de treden
van de breede trap besteeg, die met zeldzame gewassen en gepoederde
lakeien in roode rokken bezet en met licht overgoten was. Uit de zalen
klonk hen een gelijkmatig gegons als van een bijenzwerm te gemoet,
en terwijl zij in de kleedkamer, tusschen de hooge potgewassen, voor
den spiegel haar kapsel en kleeding in orde brachten, ruischten de
eerste tonen van het orkest voor den eersten wals. Een oud heer in
burgerkleeding, die voor een anderen spiegel de aschgrauwe haren aan
zijn slapen gladstreek en een wolk van heerlijke geuren om zich heen
verspreidde, trad ter zijde om haar den weg vrij te laten en zag vol
bewondering tot de hem blijkbaar onbekende Kitty op. Een jongeling,
zonder baard, met buitengewoon laag uitgesneden vest, een van die,
welke de oude vorst Tscherbatzky melkmuilen noemde, maakte een buiging,
ging voorbij, maar keerde terstond weer om en engageerde Kitty voor
een quadrille. De eerste quadrille was reeds aan Wronsky beloofd, dus
werd de tweede gegeven. Een officier stond aan de deur en bewonderde,
terwijl hij zijn handschoenen toeknoopte, de rooskleurige Kitty.
Hoewel kapsel en toilet en alle voorbereidselen voor het bal Kitty
veel moeite en hoofdbrekens hadden veroorzaakt, trad zij nu, in het met
kunst en smaak vervaardigde tullen kleed op rooskleurigen ondergrond,
zoo natuurlijk en vrij op, alsof al die strikken, kanten en kleine
versieringen geen opmerkzaamheid hadden vereischt en of zi
|