FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121  
122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   >>   >|  
-Wel, Dolinka!" zoo wendde hij zich tot de oudste dochter: "wat voert uw baas uit?" "O niet veel bizonders, papa," antwoordde Dolly, die begreep, dat hij naar haar man vroeg: "hij is altijd uithuizig, ik zie hem bijna niet meer," kon zij niet nalaten er met een pijnlijk lachje bij te voegen. "Maar is hij nog niet naar buiten gegaan om het bosch te verkoopen?" "Neen, hij is nog altijd met de voorbereidselen bezig." "Zoo!" sprak de vorst, en zich nederzettend, zeide hij tot zijn vrouw: "Dus ik moet me ook klaar maken? Goed! Ik gehoorzaam. Maar Kitty, mijn kind, een ding moet ik je nog zeggen: als ge eens op een goeden dag wakker wordt, zeg dan tot je zelf: ik ben immers heel gezond en opgeruimd en ik wil weer met papa mijn vroege morgenwandelingen doen. He?" Haar vader zeide dat zeer eenvoudig en toch werd Kitty bij die woorden verlegen en geraakte van haar stuk als een ontmaskerde misdadiger: "Ja," dacht zij, "hij weet alles, hij begrijpt alles en wil daarmede zeggen, dat men zijn schande moet weten te dragen, hoe beschamend dat ook zijn moge." Zij had geen heerschappij genoeg over zich zelf om iets te antwoorden; zij barstte in tranen uit en verliet de kamer. "Dat komt weer van je grappen!" viel de vorstin tegen haar echtgenoot uit. "Zoo ben je nu altijd...." en er volgde een lange boetpreek. De vorst hoorde geduldig zwijgend haar beschuldigingen aan, maar zijn gelaat betrok al meer en meer. "Zij is zoo te beklagen, die arme, en gij merkt niet, dat de kleinste toespeling haar pijn doet. Ach! wat kan men zich toch in iemand vergissen!" zeide de vorstin. Dolly en haar vader begrepen, dat zij Wronsky meende. "Ik begrijp niet, dat er de wet geen vat op heeft om zulke afschuwelijke, gewetenlooze menschen te straffen!" "Ach, ik wil daar niets van hooren!" sprak de vorst somber, terwijl hij van zijn stoel opstond, als wilde hij weggaan; maar aan de deur bleef hij staan. "Ja, moedertje, er zijn wel zulke wetten, maar wilt ge weten wie eigenlijk de schuld van alles draagt? Gij zijt het, gij alleen! Wetten tegen zulke huisnarren en windbuilen waren er altijd en zijn er nog. Ja, als er niet zooveel voorgevallen was, dat niet had moeten zijn, dan zou ik, oude man, dien gek wel ter verantwoording geroepen hebben! Ja, genees haar nu maar en haal me die kwakzalvers in huis!" Hij scheen nog veel op het hart te hebben, doch nauwelijks hoorde de vorstin haar man dien toon aanslaan, of, zooals het in ernstige gevalle
PREV.   NEXT  
|<   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121  
122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   >>   >|  



Top keywords:

altijd

 

vorstin

 

zeggen

 

hebben

 

hoorde

 

zwijgend

 

beschuldigingen

 

afschuwelijke

 

menschen

 

iemand


straffen
 

geduldig

 

gewetenlooze

 
gelaat
 
meende
 
toespeling
 

Wronsky

 
begrepen
 

beklagen

 

begrijp


kleinste

 

betrok

 

vergissen

 

schuld

 

geroepen

 

verantwoording

 

genees

 

kwakzalvers

 

moeten

 

zooals


ernstige
 
gevalle
 
aanslaan
 

scheen

 

nauwelijks

 

voorgevallen

 

zooveel

 

moedertje

 
wetten
 
weggaan

somber

 

terwijl

 
opstond
 

Wetten

 
huisnarren
 

windbuilen

 
alleen
 

eigenlijk

 

draagt

 
hooren