ngen op u mogen rekenen,"
zeide Swijaschsky. "Wij zullen er echter ter rechter tijd zijn moeten,
reeds op den achtsten. Als gij mij misschien de eer zoudt willen
bewijzen bij mij te komen...."
"Ik ben het met uw zwager ook eenigszins eens," zeide Anna tot Dolly:
"ik denk echter niet geheel zooals hij," voegde zij er lachend bij. "Ik
meen, wij hebben in den laatsten tijd veel te veel met algemeene,
openbare plichten te doen. Vroeger waren er te veel beambten, zoodat
er voor iedere zaak een bizondere beambte was; eveneens heeft men nu
overal verzorgers van het openbare welzijn. Alexei is nu nauwelijks
zes maanden hier en reeds is hij lid van ten minste vijf of zes
vereenigingen; hij is voogd, rechter, lid van dorpsbesturen en
gezworene. Als dat zoo verder gaat, zal hij voor niets anders meer
tijd over hebben. En ik vrees, dat men bij zulk een menigte zaken
overal maar een nul kan zijn. Op hoeveel plaatsen zijt gij in het
bestuur, Nikolai Iwanowitsch?" wendde zij zich tot Swijaschsky:
"Mij dunkt wel op meer dan twintig."
Anna had schertsend gesproken, maar er klonk toch een zekere
bitterheid uit. Dolly, die Anna en Wronsky opmerkzaam gadesloeg,
bemerkte dat terstond. Zij had ook bemerkt, dat Wronsky's trekken bij
dit gesprek dadelijk een ernstige en vastberaden uitdrukking hadden
aangenomen. Hieruit en ook uit de omstandigheid, dat vorstin Warwara
het gesprek snel op Peterburger kennissen zocht te brengen, alsook uit
de wijze, waarop Wronsky zich in den tuin over zijn werkzaamheden had
uitgelaten, besloot zij, dat met deze kwestie van publieke werkzaamheid
een geheim verschil van meening tusschen Anna en Wronsky verbonden was.
Het diner, de bediening, de wijnen, alles was voortreffelijk, maar
het was zoo, als Darja Alexandrowna het op groote diners en op bals
had leeren kennen, het had niets eigenaardigs en natuurlijks; daarom
maakte het hier in het gewone leven en in dezen engeren kring op haar
een onaangenamen indruk.
Na den middag zat men een tijd lang op het terras. Toen speelde
men lawn-tennis. De twee partijen plaatsten zich op den zorgvuldig
geeffenden en vastgestampten crocket-ground aan beide zijden van
het tusschen twee vergulde zuiltjes gespannen net. Ook Dolly deed
een poging om mee te spelen, maar het duurde lang eer zij het spel
begreep en toen zij het eindelijk gevat had, was zij zoo moede,
dat zij ging zitten en nog slechts bij het spel toekeek. Ook haar
partner Tuschkewitsch bleef bij haar, terwij
|