FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43  
44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   >>   >|  
et op den grond. Thonarr echter greep het aan, hief het in de hoogte,--luid rammelden de hengsels door de hal. Toen gingen zij ermede heen. Lang reeds waren zij op weg, voor Thonarr nog eens omzag. Daar kwam, met Hymir, uit alle holen en spelonken van het Oosten een zwarte zwerm honderdkoppige kerels aan. Thonarr bleef staan, zette den ketel naast zich neer en zwaaide zijn hamer. Al die rotsenrekels sloeg hij tot stof. Toen bracht hij den ketel van Hymir naar de goden, en op alle feesten van den oogst zullen de zaligen er hun schuimenden drank uit scheppen. Het Feest bij Egir Egir ging voor de goden een drank bereiden, zoodra hij den ketel gekregen had. Bijna alle goden waren op het feest: Wodan en Frigga, Njord en Skadi, zijn vrouw, Tyr, die maar een hand had, omdat de Veenrookwolf hem de andere had afgebeten, toen hij het beest wilde binden, Freyer met Beugel en Buigster, die hem dienden, en Freya, zijn vrouw. Thonarr was er niet: die was op reis naar het Oosten, maar zijn vrouw Sippia wel. En er waren nog veel meer Asen en Alfen. Egir werd door twee dienstknechten bijgestaan: Vuurvanger en Ontsteker. De feestzaal werd door goud in plaats van door vuur verlicht. Het was een lichte, vreugdevolle feestzaal en een ieder prees dan ook de goede bediening bij Egir. Loge hoorde dat niet graag en daarom sloeg hij Vuurvanger dood. Toen werden de goden boos, zij rammelden met speren en schilden en scholden Loge uit en joegen hem weg en vervolgden hem in het woud en keerden toen weer naar het feest terug. Loge echter keerde ook weer terug. Buiten de feestzaal trof hij Ontsteker en hij vroeg hem: --"Zeg, Ontsteker, voor je een stap doet: vertel mij eens even, wat voeren de goden uit op dat feest?" Ontsteker vertelde hem, dat de goden over gevechten en speren spraken, en dat ze geen van allen Loge bizonder goed waren gezind. Loge wilde naar binnen gaan, om alles zelf te zien en de goden eens goed te bespotten. Tevergeefs trachtte Ontsteker hem tegen te houden. Toen de goden zagen wie de zaal weer binnen kwam, zwegen zij allen plotseling stil. Loge stond en staarde ze aan. Toen sprak hij: --"Dorstig ben ik hier binnen gekomen na een lange wandeling door het woud. Ik kom vragen, of niet een van de goden zoo goed wil zijn mij wat drinken te geven." De goden zwegen allen stil. Toen sprak Loge weer: --"Waarom blijft gij zoo stil? Wilt gij niet antwoorden? Wijs mij een zetel, waar ik kan zit
PREV.   NEXT  
|<   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43  
44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   >>   >|  



Top keywords:
Ontsteker
 

Thonarr

 

binnen

 
feestzaal
 

zwegen

 
echter
 

speren

 

rammelden

 

Vuurvanger

 

Oosten


voeren

 
vertelde
 

keerden

 

schilden

 

scholden

 

joegen

 

werden

 

hoorde

 

daarom

 
vervolgden

gevechten

 

keerde

 
Buiten
 

vertel

 

houden

 

vragen

 

wandeling

 
gekomen
 

drinken

 
antwoorden

Waarom

 

blijft

 

bespotten

 

bizonder

 
gezind
 

Tevergeefs

 

trachtte

 
staarde
 

Dorstig

 

plotseling


spraken

 
zwaaide
 

rotsenrekels

 

schuimenden

 

scheppen

 

zaligen

 

zullen

 

bracht

 

feesten

 

kerels