FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55  
56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   >>   >|  
e deel.--Gij schijnt ons voor ontaarde leden onzer orde aan te zien; weet dat wij observanten zijn.[60]--Des te scherper zal ik u observeren, dat gij niets kwaads uitvoert; uwe observanten zijn mij bij uitnemendheid tegen de borst. Tanden brengen zij mede, maar geen geld, en zulke gasten kan ik missen. Ik weet zeer goed dat gijlieden beweert voor ons te arbeiden; maar zal ik u toonen hoe gij arbeidt? Kijkt eens naar deze prent hier, aan uw linkerhand. De vos houdt een boetpredikatie; maar op zijn rug, uit de kap zijner pij, komt een ganzehals te voorschijn. Die wolf, daar, geeft de absolutie aan een biechteling; maar onder zijn voorkleed, dat gij ziet zwellen, is een lamsbout verstopt. Gindsche aap in franciskanergewaad waakt bij een zieke: de eene hand houdt een crucifix omhoog, de andere grabbelt in 's kranken beurs." Nu komt de vrouw tusschenbeide: "Man, laat die twee van nacht onder ons dak blijven. Ligt dat gij als boete voor uw vele zonden dit eene goede werk verrigt. Het zijn brave mannen. Naderhand zal het u tot voordeel gedijen.--Hoor die wijfjestaalman! Vast ligt gijlieden onder een dek. Ik haat een vrouw die andere mannen dan den haren braaf noemt.--Zoo meen ik het niet. Maar bedenk hoe vaak gij misdreven hebt door dobbelen, drinken, vechten, ruzie maken. Een aalmoes voor zooveel zonden zal geen weelde zijn. Werp deze mannen niet uit. Op uw sterfbed zult gij om hen vragen. Potsemakers en koordedansers laat gij toe bij de vleet; en hen jaagt gij weg?--Zult gij uitscheiden met uw gepreek? Voort naar uw keuken!--Ik ga al."[61] * * * * * Deze toon der _Zamenspraken_; te vaak slechts gedachtewisselingen van den auteur met zijne lezers, gekleed in vragen en antwoorden welke de ten tooneele gevoerde personen in den mond gelegd worden; is geheel dezelfde als van den _Lof der Dwaasheid_. Wie het niet wist zou niet gelooven dat het kleinere geschrift tien of vijftien jaren voor het grootere voltooid werd,--gewigtige jaren in Erasmus' leven, want toen hij de _Colloquia Familiaria_ uitgaf was hij een beroemd man, terwijl bij het verschijnen der _Stultitiae Laus_ Europa van zijn bestaan zich nog naauwlijks bewust was.[62] De tijdgenooten hebben in dit boekje bovenal eene satire van de maatschappelijke en kerkelijke misbruiken der eeuw gezien; en werkelijk behoeft men het slechts te doorbladeren om zich te vergewissen dat de auteur zich heeft voorgesteld al schertsend een zwaren sla
PREV.   NEXT  
|<   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55  
56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   >>   >|  



Top keywords:
mannen
 

gijlieden

 
slechts
 

zonden

 
observanten
 
andere
 
auteur
 

vragen

 

gedachtewisselingen

 

tooneele


gevoerde

 

personen

 

antwoorden

 

lezers

 

gekleed

 

Zamenspraken

 

gepreek

 

weelde

 

zooveel

 

sterfbed


aalmoes

 

drinken

 

vechten

 

Potsemakers

 
uitscheiden
 
keuken
 

koordedansers

 

geschrift

 

tijdgenooten

 

hebben


boekje

 
satire
 
bovenal
 

bewust

 

naauwlijks

 

Stultitiae

 

Europa

 

bestaan

 

maatschappelijke

 
kerkelijke

vergewissen
 
voorgesteld
 

schertsend

 

zwaren

 
doorbladeren
 

misbruiken

 

gezien

 

werkelijk

 

behoeft

 
verschijnen