doorgekomen en een der bekendste
steden van Perzie had bereikt.
Astrabad, dat in den bloemrijken stijl van het Oosten _Dar-ul-Muminin_,
dat is de Woning der Geloovigen heet, is voor zoover men kan nagaan,
geen oude stad, hoewel de plaats volgens de legende gesticht is
door Nosjirevan, met geld, gegeven door Azad Mahan, gouverneur
der Keronans. Voor Engeland is de stad buitendien interessant om de
mislukte poging, in de 18de eeuw gedaan, om er een engelsch-perzischen
handel te vestigen.
In het begin der 19de eeuw heeft men zich van het belang van Astrabad
te veel voorgesteld. Napoleon en czar Paul I hadden het plan gevormd,
langs dien weg een aanval te wagen op Britsch-Indie. Het werd weer
opgevat door Rusland tijdens den Krim-oorlog; maar zoowel in het eene
als in het andere geval zou de uitvoering zeker op een noodlottige
ramp zijn uitgeloopen.
Thans heeft de transkaspische spoorweg het stadje alle gewicht
ontnomen, ofschoon bij een aanval op Perzie uit het Noorden de
bezetting van Sjahroed, na de verovering van Astrabad, de hoofdstad
zou afscheiden van Medsjed.
Astrabad beslaat nu misschien de helft van de oorspronkelijke
oppervlakte, en er wordt mij gezegd, dat de bevolking niet meer
dan tien duizend zielen bedraagt. De meeste straten zijn geplaveid,
waarschijnlijk door shah Abbas, en de huizen zijn van natuursteen of
van gebakken steen opgetrokken met daken van roode pannen, wat een
vroolijk gezicht geeft zelfs in den winter; daar op de muren overal
bloemen zijn geplant, moet het er in het voorjaar aardig uitzien. Er
zijn in de stad veel zeepfabrieken; potasch wordt er bereid uit
planten van den oever der rivier. Ook kruit wordt bereid in Astrabad,
maar dat is dan ook alle plaatselijke industrie.
Er begon veel sneeuw te vallen, een zonderling gezicht, terwijl de
oranje-appels aan de boomen hingen. Ik vertrok op de jacht, hopende
dat de sneeuw de herten uit de bergstreken naar beneden drijven
zou. Ik zag er niet een, hoeveel moeite ik mij ook een heele week lang
gaf. Daarentegen zag ik wel veel wilde zwijnen, en ik doodde er een,
om mijn nieuw geweer te probeeren.
Toen ik te Astrabad terugkeerde, waren de toebereidselen voor mijn
bescheiden expeditie in het turkmeensche land afgeloopen, en ik begaf
mij in noordelijke richting op reis. Terwijl het woud bijna den
zuidkant der stad bereikt, is het land in 't noorden vlak en open
en veelal bebouwd. Na door een paar gehuchten te zijn getrokken,
bereikten wi
|