n daar is een steen, die prachtig gebeeldhouwd is en
waarop verzen van den Koran staan. Hij is gevoegd in den muur van een
vierkant gebouw, gedekt door een koepel en op dezelfde wijze versierd
als de Koeba Sabz. Een gewelf eronder schijnt er op te wijzen, dat
het ook een graf is geweest, maar de eenige inlichting, die ik op dit
punt te Kirman krijgen kon, was dat het gebouw der Khodja-Atabeg of
Sang-i-Atabeg heette.
Kirman, dat in de oostersche talen _Das-ul-Aman_ heet, dat is "Woning
des Vredes" kan met de voorsteden een bevolking van een weinig minder
dan 50,000 zielen tellen. Uit godsdienstig oogpunt is zij aldus over
de verschillende secten verdeeld: sjiietische Mohammedanen 37,000,
sunnietische 70, Babi's Behai 3000, Babi's Ezeli 60, Sjeikhi's 6000,
Soefi's 1200, Joden 70, Zoroastriers of Persen 1700, Hindoes 20.
De Babi's, aanhangers van Mirza-Ali-Mohammed van Sjiraz, in 1848 ter
dood gebracht, maken in 't geheim tal van proselieten. Zij hebben
verheven principes, willen vriendschappelijke betrekkingen tusschen
alle menschen, afschaffing van godsdienstoorlogen, studie van nuttige
wetenschappen enz. De uitbreiding van de leer der Babi's zou voor de
wedergeboorte van Perzie veel goed kunnen doen. Zij zijn verdeeld
in Ezeli's of Behai's, al naarmate zij de leer van Mirza-Yahia,
sub-i-Ezel, den opvolger door den stichter der leer zelf aangewezen,
zijn toegedaan of volgelingen van Mirza-Husein-Ali, Beha Ulla, zijn
ouderen broeder, die zich in 1866 tot hoofd der sectie opwierp.
De secte van de Sjeikhi's heeft, ofschoon men het tegendeel heeft
beweerd, veel overeenkomst met die der Babi's. Zij is gesticht door
Sjeik Ahmad, d'Ahsa of Lahsa op de Bahreineilanden, die ongeveer 1750
werd geboren. De secte telt 7000 volgelingen in de provincie Kirman
en 50,000 in Perzie. Het tegenwoordige hoofd is Hadji Mohammed Khan,
een man met vriendelijke, wellevende manieren, die een uitgebreide
wereld- en menschenkennis bezit, aangenaam is in den omgang en vrij
blijkt van alle dweepzucht.
De Joden uit Kirman zijn er ongelukkig aan toe. Het zijn kleine
kooplui, bespottelijk inhalig en op hun voordeel uit. 't Is een tak
van een grootere kolonie, te Yezd gevestigd en die uit Bagdad gekomen
moet zijn.
De Zoroastriers, interessant omdat zij aanhangers zijn van zulk
een ouden eeredienst, zijn ook belangwekkend om de zuiverheid van
hun bloed. Het zijn echte Iraniers zonder die mengeling van arabisch
bloed of van mongoolsche en turks
|