ing van de laatste tijden heeft reeds bij herhaling bewezen,
dat deze politiek, met vastheid en beleid gevoerd, onder alle opzichten
de beste is. De provincie Davao is gezond, zelfs langs de kust,
behalve op de plaatsen waar wortelboomen groeien, en waar de inzakking
van den grond moerassen heeft gevormd: deze laatsten zijn echter
gelukkig zeldzaam. De heerschende ziekten zijn diarrhee, dysenterie en
derdendaagsche koorts; de inlanders zijn daaraan vooral onderhevig;
het is niets vreemds, Bisayas te ontmoeten, die jaren achtereen, nu
en dan, soms maanden lang met de koorts sukkelen. Europeanen worden
minder dikwijls door die koortsen aangetast; maar geschiedt dit,
dan woedt de ziekte bij hen in veel heviger graad. Mits zij zich
aan een zeer strengen leefregel houden, kunnen de Europeanen hier
gezond blijven. Dit geldt natuurlijk alleen van volwassen mannen:
zoowel hier als elders, werkt het tropische klimaat bepaald nadeelig
op geheel het organisme van blanke vrouwen en kinderen.
Mijn reisgenoot en medehelper, de heer Rey, ondervindt in het eind
ook de onvermijdelijke gevolgen onzer levenswijze. Tot dus ver had
hij slechts met lichte, voorbijgaande ongesteldheden te kampen; nu
is zijne gezondheid in zoo hevige mate geschokt, dat hij zijn werk
niet langer kan voortzetten, en een onverwijlde terugkeer naar Europa
voor hem noodzakelijk is. Met diep leedwezen neem ik afscheid van mijn
vriend, met wien ik nu ruim een jaar heb gereisd, zonder dat ooit de
goede verstandhouding tusschen ons in het minst werd verstoord. Ik
vergezel den heer Rey aan boord van de _Pasig_, en neem met een
hartelijken handdruk van hem afscheid: moge de zeereis hem goed doen.
Met dezelfde boot vertrok de kommandant don Faustino Villa Abrille
y Alvarez, gouverneur van Davao, die zijn ambt heeft overgedragen
aan den kommandant Rajal. Sedert wij hier zijn, hebben de oude en de
nieuwe gouverneur ons om strijd met de meeste voorkomendheid bejegend
en alles gedaan wat in hun vermogen was, om ons de vervulling onzer
taak gemakkelijk te maken.
Vijf maanden lang hield ik mij te Davao op, waar ik mijn hoofdkwartier
heb gevestigd en van waar uit ik in steeds wijder kring uitstapjes
in den omtrek maak. De Infieles van deze streek, de Bagobos vooral,
bezitten uitmuntende paarden; iedereen, mannen, vrouwen en kinderen,
rijdt in deze bergachtige streken te paard; en deze dieren worden hier
met niet minder zorg behandeld en verpleegd dan in Algerie. Maar
o
|