t hart van den Nacht, hamerslag op hamerslag, met felle
hamerslagen.
En wij worden gedachtig aan dien Henrik Steffens[43] die op den overgang
van 18e tot 19e eeuw uit het Noorden naar Duitschland toog, om daar zich
in de nieuwe wijsheid te laten inwijden. Want Steffens, een dichter
slechts in verlangen, was in werkelijkheid met zijn gedachten den weg
opgegaan van Ibsen's poetische verbeelding. Hij had in de diepe
aardlagen den sleutel van het leven gezocht en er de oorspronkelijke
levenswet gevonden. Ibsen trad met zijn fantasie in 't spoor van den
enthousiasten onderzoeker, en zijn gevoel voor mysterie was een
terugslag der natuurmystiek van een halve eeuw geleden.
Met dit onderscheid echter, dat Steffens in zijn jeugd het licht en de
verruiming genoot, en steunend op de machtige beweging van zijn tijd,
zijn persoonlijkheid kon opbouwen,--terwijl Ibsen moeilijk de steile
duisternis moest doorworstelen. Maar hij groeide in talent en in
vastheid van greep op het leven. Hij dichtte zijn _Comedie der Liefde_
(1862), hij schreef zijn Koningsdrama, de _Kroonpretendenten_ (1863).
De _Kroonpretendenten_ waren voor den Noorschen dichter wat
Oehlenschlaeger's Aladdin en Nureddin, het Arabische tooververhaal van
het gelukskind en den ongeluksvogel, voor den Deenschen dichter zijn
geweest. Ibsen heeft den strijd in zijn hart tusschen zijn wil en zijn
peinzende onmacht in twee historische gestalten, twee tegenbeelden,
dramatisch geprojecteerd, en 't is door het scherp contrast van licht en
donker, een historie van leven geworden, ten minste voor zoover hij die
reeds geven kon.
In de _Comedie der Liefde_ trad de dichter eindelijk, buiten het gebied
der sage en der historie, het gewone dagelijksche leven in. Hij
sprak,--op het tooneel altijd,--midden tusschen de toehoorders en de
menschen op het toneel,--van zijn hart tot zijn hart. Het de _comedie_
van het ideale streven, dat door liefde bewust wordt van zichzelf,--de
_comedie_ van het ideaal, omdat het zich eenzaam voelt en moet gevoelen,
in zijn tegenstelling tegen een wereld, die niet anders dan het gewone
wil erkennen en kent.
Schaduwen hangen er, zoowel over het historisch drama als over het
burgerlijk tooneelspel. Nog maken zich de personen en de
persoonlijkheden niet geheel los uit de lijst der gebeurtenissen en
gebeurlijkheden; maar zij spreken niet langer met gedrukte stem. Het
geluid heeft zich in de borst van den dichter ontbonden en ontwonden,
ook al hooren wi
|