haar dochter; daarnaast mevr. Rummel en haar dochter. Rechts
van mevr. Bernick zitten mevr. Lynge, Martha Bernick en Dina Dorf.
Alle dames houden zich bezig met een handwerk. Op de tafel liggen
groote stapels halfgereed of geknipt linnengoed en andere kleeren.
Wat verder weg bij een klein tafeltje waarop twee bloempotten en
een glas suikerwater staan, zit Roerlund en leest voor uit een
verguld-op-snee-gebonden boek, doch zoo dat maar enkele woorden
voor de toeschouwers verstaanbaar zijn. Buiten in den tuin loop
Olaf rond en schiet af en toe met een boog.
Een beetje later komt Aune zachtjes binnen door de deur rechts. Dat
brengt een beetje stoornis in het voorlezen; mevr. Bernick knikt
hem toe en wijst naar de deur links. Aune gaat er zachtjes heen en
klopt een paar keer met eenige tusschenruimte op de deur van
Bernick's kamer. Krap komt met zijn hoed in de hand en stukken
onder den arm er uit.
* * * * *
KRAP. O, ben jij het die klopt?
AUNE. Mijnheer Bernick heeft om me gezonden.
KRAP. Dat heeft hij ook; maar hij kan je niet ontvangen. Hij heeft mij
opgedragen....
AUNE. U? Ik wou nog liever!
KRAP. ... mij opgedragen het je te zeggen. Je moet ophouden met die
Zaterdag-avonds-voordrachten voor de werklui.
AUNE. Zoo? Ik zou toch denken dat ik mijn eigen vrijen tijd mocht
gebruiken....
KRAP. Je mag niet je vrijen tijd gebruiken om de menschen onbruikbaar te
maken in hun werkuren. Verleden Zaterdag heb je gesproken over de schade
die de werklui zullen lijden door onze nieuwe machines en door de nieuwe
methode van werken op de werf. Waarom doe je dat?
AUNE. Dat doe ik om de maatschappij te steunen.
KRAP. Dat is zonderling! De consul zegt juist dat zoo iets de
maatschappij onderste boven gooit!
AUNE. Mijn maatschappij is niet die van den heer Bernick, meneer Krap.
Als president van den werkliedenbond moet ik....
KRAP. Je bent in de allereerste plaats meesterknecht op de werf van den
heer Bernick. Je hebt in de allereerste plaats je plicht te doen jegens
den bond genaamd "de firma Bernick", want daarvan leven wij allemaal....
Ziezoo, nu weet je wat de consul je te zeggen had.
AUNE. De consul zou het niet op die manier gezegd hebben, meneer Krap!
Maar ik begrijp best aan wien ik dit te danken heb ... aan dien
vervloekten Amerikaan die hier in reparatie ligt. De menschen willen dat
hier net zoo gewe
|