FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77  
78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   >>   >|  
geluk van de familie Bernick. Maar nu is u dus op de hoogte, mevrouw Lynge. De hemel weet dat ik er alleen over gesproken heb omdat u nu op uw woorden zou kunnen passen. MEVR. LYNGE. Wees gerust daarop, lieve mevrouw. Maar die arme Dina Dorf! Ik heb heusch medelijden met haar. MEVR. RUMMEL. Och, voor haar was het eigenlijk een groot geluk. Verbeeld u eens dat zij bij haar ouders gebleven was! Wij hebben ons natuurlijk allemaal veel met haar bemoeid en haar vermaand, zoo goed wij konden. Later zette juffrouw Bernick het door dat zij hier in huis kwam. MEVR. HOLT. Maar een moeilijk kind is zij altijd geweest. Denk ook maar eens aan ... al die slechte voorbeelden! Och, zoo'n kind is ook van zelf heel anders dan een van de onzen; wij moeten wat toegevend voor haar zijn, mevrouw. MEVR. RUMMEL. Sst ... daar komt ze. (_hardop_). Ja, die Dina, dat is een echt flinke meid. Zoo? ben jij daar Dina? Wij scheiden net uit met werken. MEVR. HOLT. O wat geurt je koffie heerlijk, lieve Dina! Ja, zoo'n kopje koffie 's middags.... MEVR. BERNICK (_buiten op het terras_). Als u lust heeft om buiten te komen dames! (_Martha en Dina hebben intusschen het dienstmeisje geholpen het koffie-servies klaar te zetten. Al de dames gaan buiten zitten; zij praten overdreven vriendelijk tegen Dina. Even later gaat zij naar binnen en zoekt haar handwerk weer op_). MEVR. BERNICK. Dina, wil jij ook niet...? DINA. Neen, dank u ... liever niet. (_Zij gaat zitten met haar naaiwerk. Mevr. Bernick en Roerlund wisselen een paar woorden; een oogenblik daarna komt hij ook in de kamer_). ROeRLUND (_verlegt iets op de tafel en zegt zachtjes_). Dina! DINA. Ja.... ROeRLUND. Waarom wil je niet buiten zitten? DINA. Omdat, toen ik met de koffie binnenkwam, ik kon merken aan die vreemde mevrouw, dat er over mij gesproken was. ROeRLUND. En heb je dan ook niet gemerkt hoe vriendelijk zij zoo even tegen je was? DINA. Maar dat kan ik juist niet uitstaan! ROeRLUND. Je bent erg weerspannig van aard, Dina. DINA. Ja. ROeRLUND. Maar waarom ben je zoo? DINA. Ik ben nu eenmaal niet anders. ROeRLUND. Zou je er niet naar kunnen streven anders te worden? DINA. Neen. ROeRLUND. Waarom niet? DINA (_ziet hem aan_). Ik hoor immers tot de moreel-verdorvenen. ROeRLUND. Foei, Dina! DINA. Mijn moeder hoorde ook tot de moreel-verdorvenen. ROeRLUND. Wie heeft met je over zulke dingen gesproken? DINA. Niemand; ze zeggen nooit iets. Waaro
PREV.   NEXT  
|<   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77  
78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   >>   >|  



Top keywords:

ROeRLUND

 
mevrouw
 

koffie

 

buiten

 

anders

 

zitten

 
Bernick
 
gesproken
 

hebben

 
Waarom

vriendelijk

 

woorden

 

kunnen

 

verdorvenen

 

BERNICK

 

RUMMEL

 

moreel

 

wisselen

 
oogenblik
 

zetten


daarna

 

overdreven

 

praten

 

binnen

 
handwerk
 

naaiwerk

 
liever
 

Roerlund

 

immers

 
worden

streven

 

waarom

 

eenmaal

 

Niemand

 

zeggen

 

dingen

 
moeder
 

hoorde

 

weerspannig

 

binnenkwam


merken

 

zachtjes

 

verlegt

 

vreemde

 
uitstaan
 
gemerkt
 

gebleven

 

natuurlijk

 
allemaal
 

ouders