FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46  
47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   >>   >|  
n nacht ging het, na een overvloedigen regen, weder fel vriezen; hetgeen den weg zeer moeijelijk maakte. Voeg daarbij eene overvloedige hoeveelheid sneeuw, vervolgens hagel, vervolgens nogmaals regen, die, zoodra hij den bodem of een boomstam raakte, ijs werd. De weg was over zijne volle breedte een ijskorst; niet effen, maar golvend, en met eene scherpe punt op den top van iederen kleinen heuvel. De boomen waren met ijs bekleed, zoo dik en zoo zwaar dat de toppen van sommigen den grond raakten. Van anderen waren de takken afgescheurd, van anderen de stammen doormidden gespleten; nog anderen waren geheel ontworteld. Verschillende landlieden, mannen van jaren, betuigden mij zulk een schouwspel nog niet beleefd te hebben. Intusschen moesten onze paarden[39] nu door sneeuwhopen waden, dan zich een weg banen door met ijs begroeide dorenstruiken, dan sporen volgen, hard als steen door de vorst en daarna door den ijzel gescherpt, dan over eene bevroren sneeuwkorst treden die niet stevig genoeg was om hen te dragen, maar wel om hun de enkels te kwetsen. "Hoe denkt gij dat Erasmus in dien stand van zaken te moede was? De verbazing van zijn paard deelde zich mede aan den berijder. Zoo vaak het dier de ooren spitste zonk mijn moed, en telkens als het stortte sprong mijn hart overeind. Het eene oogenblik bekroop mij de vrees getroffen te zijn door het noodlot van Bellerofon, het andere verwenschte ik mijne ligtzinnigheid die geleerdheid en leven mij had doen toevertrouwen aan een redeloos dier. "Doch verneem een avontuur dat gij wanen zoudt aan de waarachtige fabelen van Lucianus ontleend te zijn, ware het niet in levenden lijve mijzelf overkomen, en ware niet Battus er ooggetuige van geweest.[40] "Het kasteel lag voor ons en eene baan van ijs scheidde er ons van. Het woei dien dag zoo hevig dat van de andere zijde twee mannen te vergeefs den overtogt beproefd hadden. De wind had hen omvergeworpen en gedood. Doch ik, gelukkig, had hem in den rug. Ik ging op den rand van den dijk zitten en liet mij naar beneden glijden, zeilde de ijsvlakte over, en bestuurde mijne vaart met een stok die dienst deed als roer. Nieuwe soort van navigatie! "Op de geheele reis naar hier ben ik bijna geen schepsel tegengekomen; en niemand kwam mij achterop, zoo ongunstig was het weer. Eerst den vierden dag is de zon zich komen vertoonen, indien het vertoonen heeten mag. Een voordeel was voor mij aan het zamentreffen van al die tegenspoeden verbon
PREV.   NEXT  
|<   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46  
47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   >>   >|  



Top keywords:

anderen

 

mannen

 

vervolgens

 

andere

 

vertoonen

 

levenden

 
overkomen
 

mijzelf

 
Battus
 
kasteel

scheidde

 
geweest
 
ooggetuige
 

verwenschte

 
Bellerofon
 

ligtzinnigheid

 
geleerdheid
 

noodlot

 
getroffen
 

overeind


oogenblik

 
bekroop
 

waarachtige

 

fabelen

 

Lucianus

 

avontuur

 

toevertrouwen

 

redeloos

 

verneem

 

ontleend


niemand

 

tegengekomen

 

achterop

 
ongunstig
 
schepsel
 

geheele

 

vierden

 

zamentreffen

 

voordeel

 

tegenspoeden


verbon

 

indien

 
heeten
 

navigatie

 
gelukkig
 
gedood
 

beproefd

 
overtogt
 
hadden
 

omvergeworpen