FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55  
56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   >>   >|  
at ze voor een modemagazijn stond en veel lust had in 't zicht van hoeden en linten, werd ze een jongen man gewaar, die haar sinds durenden tijd achtervolgde en maar overal stil bleef, waar zij iets te bekijken had. Ze vond hem onbeleefd en zou hem straks eens duchtig in de oogen staren, als dat loopje standvastig zijn mocht. In de spiegelvlakte der ruiten kon zij hem zien--een sterken vent, hoog en goedgeschouderd, fatsoenlijk aangekleed. Ze vond hem deftig en struisch, bijaldien hij haar dan toch danig krenkend en ongemanierd scheen. Hij wilde niet in haar aangezicht blikken, hij deed alsof hij haar niet merkte, voortdurig echter achterblijvend, gedwee en koppig tevens. --Hij heeft tijd te vele, meende Goedele. Ze tort dan haastig door, kronkelend door 't volk, straat in straat uit, zonder ommezien. Ze spoedde zich tot zij er moede van werd, en bleef rusten bij een tramhuisje. Tien stappen achterwaarts stond hij. Verontweerdigd stapte ze naar hem toe, hem bijna takend in 't voorbijloopen, en hij kon ditmaal haar toornige oogen niet ontvluchten. Hij bloosde rijzekens en sprong verlegen op een aankomende tram. Ze had er nu medelijden mee, met dien grooten lummel en lachte met zijne plotselinge benauwdheid. 't Was haar een onnoozel vermaakje geweest; ze dacht er aan, lijk aan een piepken-duik-spel van kleine kinderen. Ze herinnerde zich flauw zijn scherp gelaat, omschaduwd met donkere knevels en een vierkanten baard. Ze drilde voort, probeerde onderwege zijn beeltenisse precies af te teekenen en peinsde er later niet meer op. 't Was een dwaze leutigheid. In de lage stad ontmoette ze, langs de nauwe stegen, meer volk en was er meer verschillend lawaai. Winkeliers prezen hun waar op hunnen dorpel. Wijven stonden in donkere poorten te kakelen en te kijven. Allerlei menschen kwamen saam, bij dichte troppels, hun neuze opheffend, en turend naar blinde muren, met electorale plakkaten bontgevlekt. Kinderen draafden gichelend en schreeuwend rond en stormden tegelijk een ruchtigen brouwerswagen achterna. Uit open kroegen steeg 't rumoer van hevige redeneeringen. De toekomstige verkiezingen hadden alreeds deze wijk in rep en roere gesteld. Goedele kocht in een poppenkraam een poesjenel voor Wiezeken, geheel en al in een rood en groen pak, met gulden draad geborduurd. Ze dacht: --Ons pover Wiezeken!... Ze tort de vaartbrug over en geraakte, zijwaarts ommedraaiend, in een stille straat, die verder uitliep op de graanma
PREV.   NEXT  
|<   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55  
56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   >>   >|  



Top keywords:

straat

 

Wiezeken

 

donkere

 
Goedele
 

prezen

 
verschillend
 

lawaai

 

Winkeliers

 
menschen
 
hunnen

stonden

 

kwamen

 
kakelen
 
kijven
 
dorpel
 

Allerlei

 

Wijven

 

poorten

 

drilde

 
probeerde

onderwege

 
kinderen
 

vierkanten

 

scherp

 

herinnerde

 

gelaat

 
omschaduwd
 
knevels
 

beeltenisse

 

precies


ontmoette

 

leutigheid

 

teekenen

 

peinsde

 

stegen

 

schreeuwend

 

poesjenel

 
poppenkraam
 

geheel

 

gesteld


alreeds
 

gulden

 
ommedraaiend
 
zijwaarts
 
stille
 

verder

 

graanma

 
uitliep
 
geraakte
 

geborduurd