FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50  
51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   >>   >|  
wedervaren was, en op hunnen terugweg naar de vallei zongen zij het engelenlied: Eere zij God in de hoogste hemelen, vrede op aarde, in menschen een welbehagen. Het verhaal deed de rondte, en nog verscheidene dagen lang werd de spelonk bezocht door tal van nieuwsgierigen, van wie sommigen geloofden; maar het grootste gedeelte lachte en spotte. * * * * * NEGENDE HOOFDSTUK. HET BEZOEK VAN DE DRIE WIJZEN. Elf dagen na de geboorte van het kindeke vinden wij de drie wijzen in de nabijheid van Jeruzalem. Na de beek Kedron te zijn overgegaan ontmoetten zij tal van lieden, die hen zonder uitzondering met nieuwsgierigen blikken nazagen. Hoewel de handelsweg van het oosten naar het zuiden over Judea voerde, en men bijgevolg, behalve in Rome, nergens zoovele vreemdelingen van allerlei natien aantrof als in Jeruzalem, trokken deze drie mannen toch aller aandacht. Tegenover de graven der koningen zaten eenige vrouwen aan den weg. Zij hadden een kind bij zich, en zoodra het de reizigers zag, klapte het in de handjes en riep: Kijk, kijk, wat mooie belletjes! Wat groote kameelen! De belletjes waren van zilver, de kameelen, zooals wij weten, buitengewoon groot en wit. Aan het tuig kon men zien, dat het gezelschap een verre reis achter zich had, maar ook dat de eigenaars mannen van aanzien waren. Bij de vrouwen gekomen hield het drietal stil, en vraagde Balthasar, zich een weinig voorover buigende: Zeg mij, zijn wij nog ver van Jeruzalem? --Neen, antwoordde eene der vrouwen, als de boomen op gindschen heuvel wat lager waren zoudt gij de torens op de markt kunnen zien. De Egyptenaar zag zijne tochtgenooten veelbeteekend aan, en wendde zich toen weder tot de vrouw met de vraag: Kunt gij mij ook zeggen waar de geboren Koning der Joden is? De vrouwen keken elkander verwonderd aan, maar gaven geen antwoord. --Weet gij dat niet? herhaalde de Egyptenaar. --Neen, heer. --Nu, vertel dan maar aan iedereen, dat wij zijne ster gezien hebben in het Oosten en gekomen zijn om hem te aanbidden. Dit gezegd hebbende reden zij verder. Anderen, die zij tegenkwamen, deden zij dezelfde vraag, maar met gelijke uitkomst. Zoo vervuld waren zij van het doel hunner reis, dat zij geen oog hadden voor het heerlijk panorama, dat zich voor hen ontplooide, toen zij Jeruzalem naderden. Eindelijk waren zij bij de Damascuspoort, die door een Romeinschen schildwacht bewaakt werd. Langzamerhand hadden z
PREV.   NEXT  
|<   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50  
51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   >>   >|  



Top keywords:

vrouwen

 

Jeruzalem

 

hadden

 

mannen

 

Egyptenaar

 

gekomen

 

kameelen

 

belletjes

 

nieuwsgierigen

 

tochtgenooten


veelbeteekend

 

vallei

 

torens

 

kunnen

 

wendde

 

geboren

 

Koning

 

zeggen

 
zongen
 

hunnen


terugweg

 
drietal
 

vraagde

 

Balthasar

 

hoogste

 

eigenaars

 

aanzien

 

weinig

 

voorover

 
boomen

gindschen
 

heuvel

 

antwoordde

 

engelenlied

 
buigende
 
verwonderd
 
vervuld
 

hunner

 
uitkomst
 

gelijke


Anderen

 

tegenkwamen

 

dezelfde

 

wedervaren

 

heerlijk

 

schildwacht

 

bewaakt

 

Langzamerhand

 

Romeinschen

 

Damascuspoort