FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149  
150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   >>   >|  
n hij had gelijk. Bij deze tweede en nadere beschouwing begreep Ben-Hur ten volle in welke verhouding de dieren tot hun meester moesten staan. Opgegroeid onder zijn oog, het voorwerp van zijne bijzondere zorgen bij dag, het onderwerp zijner droomen bij nacht, met zijn gezin de zwarte tent in de woestijn deelende, had hij hen lief als zijne kinderen. Opdat zij hem een triomf over de hooghartige, gehate Romeinen zouden doen behalen, had de oude man zijn lievelingen naar de stad gebracht. Hij twijfelde niet aan hunne overwinning, als hij maar een vertrouwbaren wagenmenner kon vinden, die behalve de bekwaamheid ook den tact bezat om met hen om te gaan. Het was hem, den Sheik en Arabier, onmogelijk koel toeschouwer te blijven, en later den onhandige met een scherpe vermaning weg te zenden, zooals een Westerling allicht zou gedaan hebben,--hij moest zijn woede openlijk lucht geven. Nog voordat de Sheik van zijne drift bekomen was, hadden een dozijn handen de paarden bij 't gebit gegrepen en tot staan gebracht. Thans verscheen de tiende wagen in de renbaan. In afwijking van de andere waren hier menner, wagen en paarden geheel uitgedost zooals zij op den dag van den wedstrijd in den circus zouden verschijnen. Daar de Romeinschen strijdwagens algemeen bekend zijn behoeven wij ze hier niet nader te beschrijven. De eerste mededingers waren stilzwijgend ontvangen; toen deze laatste de baan inreed klapten verscheidene toeschouwers in de handen en juichten hem luide toe, zoodat weldra de algemeene aandacht op hem gevestigd was. De twee middelste paarden waren zwart, de twee buitenste sneeuwwit. Hunne staarten waren op Romeinsche manier kort gesneden, evenzoo hunne manen, die daarenboven met roode en gele linten doorvlochten waren. De wagen zelf was een waar kunststuk. Het schoone geheel trok ten zeerste Ben-Hurs aandacht, en de menner--wie kon dat zijn? De toejuichingen deden vermoeden dat hij een aanzienlijk persoon, misschien wel een vorst was. Men zal zich herinneren dat zelfs de keizers Nero en Commodus gaarne deelnamen aan wedrennen. Ben-Hur stond op en drong door tot de onderste rij, vlak bij de borstwering. Nog een paar minuten en hij kreeg den wagenmenner vlak in 't gezicht. Deze had een vriend naast zich, in de taal der klassieken een Myrtilus geheeten, hetgeen mannen van aanzien, die aan wedrennen deelnamen, geoorloofd was. Ben-Hur kon alleen den menner zien, recht overeind staande in zijnen wagen, de teugels versche
PREV.   NEXT  
|<   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149  
150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   >>   >|  



Top keywords:

paarden

 

menner

 

deelnamen

 

wagenmenner

 

gebracht

 

wedrennen

 

zouden

 

aandacht

 

zooals

 

handen


geheel

 

evenzoo

 

gesneden

 
daarenboven
 

staarten

 

Romeinsche

 
manier
 
kunststuk
 

schoone

 

doorvlochten


zeerste

 

linten

 
buitenste
 

laatste

 

inreed

 

klapten

 

verscheidene

 

ontvangen

 

begreep

 

eerste


mededingers

 

stilzwijgend

 

toeschouwers

 

juichten

 

nadere

 

gevestigd

 

middelste

 

tweede

 

beschouwing

 

algemeene


zoodat

 

weldra

 

sneeuwwit

 
vermoeden
 

klassieken

 

Myrtilus

 

geheeten

 

vriend

 
minuten
 
gezicht