FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147  
148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   >>   >|  
nder Wet. * * * * * ZEVENDE HOOFDSTUK. MALLUCH. Het beeld van Daphne links latende liggen begaf hij zich naar een boschje van cypressen, hoog en statig als de masten van een schip. Op eens weerklonk een vroolijk trompetgeschal. Rondziende om de oorzaak te ontdekken zag hij den Jood, dien hij eenige uren geleden ontmoet had, in het gras liggen. De man stond op en kwam naar hem toe. --Nogmaals, vrede zij u, zeide hij vriendelijk. --Dank u, antwoordde Ben-Hur en vraagde toen: Gaat gij mijn weg? --Ik ben op weg naar de renbaan, als dat uw weg is. --De renbaan! --Ja, het trompetgeschal, dat gij zooeven gehoord hebt, was het signaal voor de mededingers. --Goede vriend, zeide Ben-Hur levendig, ik ben hier onbekend. Als gij mij toestaat u te volgen zal het mij zeer verheugen. --Het zal mij een groot genoegen wezen. Hoor! Daar gaan de wagens reeds. Ben-Hur luisterde even, en stelde zich toen aan den nieuwen bekende voor, zeggende: Ik ben de zoon van Arrius, den duumvir, en gij? --Ik ben Malluch, een handelsbediende uit Antiochie. --Wel goede Malluch, die trompet en het gerammel van wielen, en het vooruitzicht van een wedren wekken mij geheel op. Ik heb eenige ervaring van die spelen en ben niet onbekend in de renperken van Rome. Laat ons gaan. Malluch bleef even staan, en zeide: De duumvir was een Romein en zijn zoon draagt de kleeding van een Jood? --De edele Arrius was mijn pleegvader, zeide Ben-Hur. --O zoo; vergeef mij zoo ik nieuwsgierig scheen. Zij verlieten het bosch en kwamen aan een uitgestrekt veld, dat tot renbaan was ingericht. Ten gerieve der toeschouwers was aan weerszijden voor overdekte staan- en zitplaatsen gezorgd, de laatste amphitheaterswijze. Ben-Hur telde de wagens, die de baan inreden, negen in 't geheel. --Ik wensch de menners geluk, zeide hij opgeruimd. Ik dacht dat men zich hier in 't Oosten vergenoegde met een tweespan; maar zij zijn eerzuchtig en wagen zich aan de vorstelijke vier. Laat ons zien wat zij er van maken. Acht vierspannen gingen voorbij, sommige stapvoets, andere in draf, uitnemend bestuurd. Toen naderde het negende in vollen galop. Ben-Hur uitte een kreet van bewondering. Ik ben in de keizerlijke stallen geweest, Malluch, zeide hij; maar bij onzen vader Abraham, zulke paarden zag ik nimmer. Pijlsnel vlogen zij voorbij. Een oogenblik later geraakten zij eensklaps in de war. Achter zich hoorde Ben-Hur
PREV.   NEXT  
|<   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147  
148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   >>   >|  



Top keywords:

Malluch

 

renbaan

 

voorbij

 

geheel

 

onbekend

 

wagens

 

duumvir

 

Arrius

 

trompetgeschal

 

liggen


eenige

 

ZEVENDE

 

wensch

 
menners
 

inreden

 

laatste

 
amphitheaterswijze
 
opgeruimd
 

tweespan

 

eerzuchtig


vergenoegde

 

Oosten

 
gezorgd
 

zitplaatsen

 

scheen

 

verlieten

 

nieuwsgierig

 

vergeef

 

pleegvader

 

HOOFDSTUK


kwamen

 

uitgestrekt

 

toeschouwers

 

weerszijden

 

overdekte

 

gerieve

 

ingericht

 

vorstelijke

 

Abraham

 

paarden


keizerlijke

 

stallen

 

geweest

 
nimmer
 

Pijlsnel

 

eensklaps

 

Achter

 

hoorde

 
geraakten
 
vlogen