FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42  
43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   >>   >|  
lachje op zijne lippen versteenen, bij wijze van antwoord. Hij kon de familie Wilder moeielijk lijden--Goedele toch had hij innig lief, en haar schoon gelaat, daar berustte hij in, en het troostte hem over 't valsche gezwets, dat hem gedurig krenkte. Op het terras stonden Ursule en de stokoude Rik. Ursule ontving hem met open aangezicht en een streelenden blik. --Welkom, mijn vriend. --Hertelijk dank, mevrouw. Hij drukte hare hand en de koude vingeren van grootvader. Hij zei een reke vage woorden, binst dat Marie hem van zijn overjas en zijn hoed ontlastte. --De jongen heeft bergen gezien, riep Albien. --O ja.... Ze omringden hem en vielen hem lastig met allerlei zoetigheidjes. Hij had een ivoren kistje medegebracht voor mevrouw Wilder en een heel wonderbaar gedoe voor mijnheer Wilder--een Zwitsersch huizeken, teenemaal gemachineerd, met een kleppend horloge en een beiaardspel en twee werkende figuurtjes--en nog een zilveren snuifdooze voor den ouden heer. Ze moesten alles dadelijk bezien en bewonderen, en hunne dankbaarheid in breede geuten uitwerpen. En Ursule zei: --Dat moest ge nu toch niet gedaan hebben.... Ze betastte haar kistje en beloerde de zilveren dooze van Rik. En Rik sprak met een lage stem, die ook zich liefelijk te wenden probeerde: --Ja, dat moest ge nu toch niet gedaan hebben.... Hij had liever een zwaarder dooze gekregen, maar hij keek zijne oogen algelijk zat op het schitterend geflikker der ciseleeringen van het deksel. --'t Is een kunstwerk. Hij woog het in zijne ervaren handen. Na een stonde kwam Goedele staan in de opening der deur. De noesche avondzonne straalde open langs haar lichtbruine kleed en teekende er gloeiende plooien. Haar gelaat klaarde zonderling op uit de donkere diepte der kamer, achter heur. Ze keek naar Sebastiaan en een flauwe glimlach krulde om haren mond, maar hare oogen hadden verre blikken, verwijd in stille droefenis. Sebastiaan boog zijn lijf naar haar, en deed een stap voorwaarts, en hief trage en bekoorlijk zijne armen op. --Goeienavond, Goedele. Hij voelde zijn herte weggaan van hem. Hij voelde zich leeg worden en pluimlichte. Hij omvatte in de stille straling zijner liefde deze vrouw, die groot en schoon en beminnelijk was. Zonder haaste en zonder drift, met eene zachte moeheid in de stem, zond ook Goedele hem haren groet. * * * * * III Als mijnheer en mevrouw Devleeschhouwer, en hunne doch
PREV.   NEXT  
|<   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42  
43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   >>   >|  



Top keywords:

Goedele

 

mevrouw

 

Ursule

 

Wilder

 

mijnheer

 

zilveren

 
voelde
 

stille

 

kistje

 

hebben


Sebastiaan
 

gedaan

 

gelaat

 

schoon

 

plooien

 

gloeiende

 

teekende

 

straalde

 
lichtbruine
 

klaarde


zonderling

 
flauwe
 

glimlach

 

achter

 

donkere

 
diepte
 

avondzonne

 
opening
 

geflikker

 

antwoord


ciseleeringen

 

deksel

 

schitterend

 

familie

 

algelijk

 

kunstwerk

 

krulde

 
stonde
 

ervaren

 

handen


noesche
 
versteenen
 

beminnelijk

 
Zonder
 
omvatte
 
straling
 

zijner

 

liefde

 

haaste

 

zonder