FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77  
78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   >>   >|  
at scheen te hebben gezworen. Maar zou die man ons van honger doen sterven, opgesloten in deze enge gevangenis, en overgegeven aan die vreeselijke gedachten, welke woedende honger bij den mensch soms opwekt? Dit ontzettende denkbeeld kwam langzamerhand bij mij tot rijpheid, en in mijne verbeelding gevoelde ik, dat eene onzinnige vrees mij bekroop. Koenraad bleef kalm, Ned Land brulde nu en dan van woede. Op dat oogenblik hoorden wij eenig geraas buiten onze gevangenis; voetstappen weerklonken op den metalen vloer; sloten werden omgedraaid, de deur ging open en de hofmeester verscheen. Voordat ik iets kon doen om het te verhinderen, had Ned Land zich op den ongelukkige geworpen; hij wierp hem op den grond en greep hem bij de keel; de hofmeester stikte bijna onder die geweldige vuisten. Koenraad trachtte het halfdoode slachtoffer aan de handen van den woedenden harpoenier te onttrekken, en ik wilde hem helpen, toen ik plotseling aan mijne plaats genageld bleef staan door het uitspreken van deze woorden in de Fransche taal: "Wees bedaard, mijnheer Land, en gij, mijnheer de professor, hoor mij aan." HOOFDSTUK X De man der zee. Hij, die zoo sprak was de gezagvoerder van het vaartuig. Bij die woorden stond Ned Lang plotseling op; de bijna geworgde hofmeester ging met wankelende schreden de deur uit, toen zijn meester dit met een wenk beval; en zoo groot was de invloed van den kapitein op zijne onderhoorigen, dat geen enkele trek op het gelaat van den hofmeester de wraak aanduidde, welke die man tegen den harpoenier moest koesteren. In de grootste verbazing wachtten Koenraad en ik af hoe dit tooneel zou afloopen. De kapitein leunde tegen een hoek van de tafel, sloeg de armen over elkander en bekeek ons met de grootste aandacht. Aarzelde hij om te spreken, of had hij berouw over de pas in het Fransch gesproken woorden? Ik kon het niet gelooven. Na eenige oogenblikken van een stilzwijgen, dat geen onzer durfde af te breken, zeide hij met bedaarde doch doordringende stem: "Mijne heeren, ik spreek Fransch, Engelsch, Hoogduitsch en Latijn. Ik had u dus bij ons eerste samenzijn reeds kunnen antwoorden, doch ik wilde u eerst kennen en dan eens nadenken. Uw viervoudig verhaal, dat in den grond volkomen gelijk was, heeft mij u doen kennen. Ik weet nu, dat het toeval mij samen heeft gebracht met den heer Pierre Aronnax, hoogleeraar in de natuurlijke geschiedenis aan het Museum te Parijs, Koenraad zijn bediende en Ne
PREV.   NEXT  
|<   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77  
78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   >>   >|  



Top keywords:

Koenraad

 

hofmeester

 

woorden

 

grootste

 
mijnheer
 

plotseling

 

gevangenis

 

kapitein

 

honger

 

Fransch


kennen
 

harpoenier

 
aandacht
 
Aarzelde
 

spreken

 

bekeek

 
elkander
 

koesteren

 
onderhoorigen
 
enkele

gelaat

 

invloed

 

meester

 

aanduidde

 
tooneel
 
afloopen
 

leunde

 

wachtten

 

verbazing

 

durfde


volkomen

 
verhaal
 

gelijk

 

toeval

 

viervoudig

 
antwoorden
 

nadenken

 

gebracht

 
Museum
 

Parijs


bediende

 

geschiedenis

 

natuurlijke

 
Pierre
 

Aronnax

 

hoogleeraar

 

kunnen

 

stilzwijgen

 

oogenblikken

 

breken