eden
zij waren te eerbiedigen, hun naasten lief te hebben en te dienen,
nauwgezet aan de wetten te gehoorzamen, en aan de mannen die de wetten
maakten en uitvoerden? Maakte hij niet een buiging voor het gezag, zijn
lezers op 't hart drukkend "om de goede en wijze vorsten te eeren die de
menigte der kwalen welke altijd gereed stonden ons te overvallen, wisten
te voorkomen, te genezen of te verzachten?"
De revolutionnaire gedachte, die arend in het rijk des geestes, kroop
nog vleugellam in dat der daad.
Hij droeg zijn werk op aan de regeerders der republiek Geneve, en
herdacht in die opdracht met bewogen woorden den man, die hem de eerste
lessen gegeven had in democratische gezindheid: zijn vader.
* * * * *
In de jaren liggende tusschen het schrijven van het eerste en tweede
"Discours," was een groote, innerlijke en uiterlijke, verandering in
zijn leven gekomen. Zijn verhandeling over de kunsten en wetenschappen
werd door de Akademie van Dyon bekroond en had een haast ongekend
schandaalsucces. Toen het werkje verscheen, lag hij ziek te bed, de
dokters gaven hem geen zes maanden te leven. Door Francueil, die een der
hoogst-bezoldigde finantieele betrekkingen vervulde--nl. van algemeen
ontvanger der belastingen--had de in moeielijke omstandigheden
verkeerende schrijver zich laten bepraten, hij was bij den man der haute
finance in dienst getreden als kassier. Materieel blonk hem een gouden
toekomst tegen, maar de beslommeringen en vooral de verantwoordelijkheid
van een werkkring waarvoor hij in 't minst niet geschikt was, maakten
hem ziek.
Gedurende die ziekte dacht hij veel na over zijn levensverhoudingen: het
was of de konsekwentie van zijn beginselen eerst recht tot hem doordrong,
nu hij ze als naakte mannen in de wereld zag staan. Hij voelde de
tegenstelling tusschen zijn prediken van armoede en onbaatzuchtigheid aan
anderen en de richting van zijn eigen leven; hij voelde dat zoolang hij
zelf deed wat hij in anderen verdoemde: rijkdom en wereldsch goed najagen,
de wereld zijn beginselen niet ernstig nemen kon.
Toen nam hij een besluit, waartoe slechts zeldzaam idealisme in staat
is: hij besloot zijn leven op een nieuwen basis te stellen. En wat nog
zeldzamer is, hij zette het door.
Hij begon met aan Francueil te schrijven dat hij zijn kassierschap
neerlegde: een groote dwaasheid natuurlijk in de oogen der menschen;
Francueil dacht dat hij ijlde of waanzinnig geworden was.
|