n gebouw of werkplaats,
terwijl het arbeidsproces in een aantal eenvoudige handgrepen is
opgelost, die elk door een bepaalde groep van arbeiders worden
uitgevoerd. In de manufaktuur wordt de arbeid mechanisch, de technische
vaardigheid van den arbeider, veroordeeld steeds dezelfde handgrepen te
herhalen, neemt natuurlijk sterk toe.
[9] Levasseur, bl. 536.
[10] Martin, Histoire de France, Deel XVI.
[11] Levasseur, bl. 546. Daarna kwam de zevenjarige oorlog, die aan den
Franschen handel een geweldigen knak toebracht.
[12] Levasseur, bl. 549.
[13] F. Rocquain, L'Esprit revolutionaire avant la Revolution.
[14] Windelband, Geschichte der neueren Philosophie, bl. 411-12.
[15] Windelband, bl. 359.
[16] Zie over de engelsche en de fransche wijsbegeerte van het tijdperk
der verlichting het Vde en VIde hoofdstuk van Windelband's Geschichte
der neueren Philosophie.
[17] Eenige krasse staaltjes van Voltaire's anti-demokratische
gezindheid, zijn verachting voor de volksklassen, vindt men aangehaald
bij St. Beuve, Causeries du Lundi: Deel XIV bl. 26.
[18] Groot in het doen van zaken en het opwerpen van gedachten.
[19] Hij sprak daarmee volgens Mme de Boufflers, slechts "het geheim van1
allen" uit.
[20] Bij dit oproer hoorde men voor 't eerst de kreten "A Versailles;
brulons Versailles"--de haat van het volk tegen den wellusteling en
graanspekulant Lodewijk XVde was veel grooter dan veertig jaar later die
tegen Lodewijk de XVIde.
[21] F. Rocquain, de l'Esprit revolutionaire, bl. 298.
[22] De ceremonie die hij na zijn terugkeer uit Engeland zijn huwelijk
noemde was niet anders, als een plechtige verzekering voor eenige
vrienden afgelegd, Therese van dat oogenblik af aan als zijn wettige
vrouw te beschouwen.
[23] E. et J. de Concourt, "La femme au XVIIIieme siecle," blz. 296.
[24] O.a. Marc. de Girardin en E. Ritter. Van de vrienden van Rousseau
heeft Mme de Verdelin zich in haar brieven zeer gunstig over Therese
uitgelaten.
[25] Dit kan niet gezegd worden van den engelschen biograaf John Morley,
wiens overigens belangrijk werk over Rousseau door de akelige weeheid
der typische engelsche bourgeois- en fatsoens-moraal bedorven wordt.
[26] Aan 't hof haatte men natuurlijk de Encyclopedisten als de pest.
Alleen Pompadour steunde hen tegenover de reaktionaire
kroonprinsen-kliek (een werktuig in de handen der Jezuieten). Zij had
burgerlijke neigingen en zekere vage aspiraties naar "eenvoud" en
"natuu
|