FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41  
42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   >>   >|  
vingers niet hadden. Er werd gebeld en ze meende, dat het nog te vroeg was voor de Van Attema's. Maar ze zag zelden iemand anders in hare afsterving van de buitenwereld; dus ze zouden het toch wel zijn. Na enkele oogenblikken kwam Greta echter binnen, met een kaartje: of mevrouw ook ontving en of er belet was voor dien meneer. Al van verre herkende Cecile de kaart: zij had er onlangs een gelijke gezien. Toch nam zij het karton aan, bezag het even, de wenkbrauwen gefronsd, ontevreden. --Wat een idee, dacht ze. Waartoe? Wat beteekende dit? Maar ze vond het onnoodig onbeleefd te zijn en belet te geven. Hij was toch een vriend van Dolf. Maar zooveel indringerigheid ... --Laat meneer bovenkomen, liet zij koel van haar lippen vallen. Greta ging en het scheen Cecile toe of er iets sidderde in de intimiteit, die daar dreef; of de voorwerpen, waarover hare vingers zoo even gegleden waren, zich anders verlichteden, met een schijn van huivering. Maar Dolf en Christie waren niet veranderd en zaten nog steeds te zien naar de platen, met zachte opmerkingen tusschen hunne mondjes in. De deur werd geopend en Quaerts trad binnen. Hij had nog meer dan gewoonlijk zijne nuance van verlegenheid over zich heen, toen hij voor Cecile boog. Die nuance was voor Cecile iets onbegrijpelijks in hem, die haar zoo beslist en sterk scheen. --Ik hoop, dat u me niet onbescheiden zult vinden, mevrouw, als ik de vrijheid heb genomen u een visite te komen maken. --Integendeel, meneer Quaerts, sprak zij koud. Gaat u zitten. Hij zette zich, plaatste zijn hoogen hoed naast zich op den grond. --Ik stoor u niet, mevrouw? --Volstrekt niet. Ik wacht mevrouw Van Attema en haar dochters. U was zoo beleefd me een kaartje te brengen. Maar u weet zeker, dat ik geen menschen zie. --Dat wist ik, mevrouw. Misschien heeft u wel aan die wetenschap de indiscretie van mijn bezoek te danken. Zij zag hem koud, beleefd, glimlachend aan. Er was iets van boosheid in haar. Zij gevoelde lust hem kortweg te vragen, wat hij van haar wilde. --Hoedat? vroeg ze met haar glimlach van beleefdheid, die haar gezicht tot een masker vertrok. --Ik vreesde u in langen tijd niet te zullen zien en ik zou het een bizonder groot voorrecht achten uw nadere kennis te mogen maken. Zijn toon was van den hoogsten eerbied. Zij trok hare wenkbrauwen op, als begreep zij niet, maar het accent zijner stem was zoo in-hoffelijk geweest, dat ze zelfs geen koud woord vond om h
PREV.   NEXT  
|<   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41  
42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   >>   >|  



Top keywords:
mevrouw
 

Cecile

 

meneer

 
scheen
 

Quaerts

 

wenkbrauwen

 

beleefd

 

nuance

 

Attema

 

vingers


anders

 
kaartje
 

binnen

 
brengen
 
menschen
 

vrijheid

 

vinden

 

plaatste

 

hoogen

 

zitten


Integendeel

 

Misschien

 

dochters

 

Volstrekt

 

visite

 
genomen
 

kennis

 

hoogsten

 

nadere

 

bizonder


voorrecht

 

achten

 
eerbied
 

geweest

 

hoffelijk

 

begreep

 

accent

 

zijner

 

zullen

 

gevoelde


boosheid
 
kortweg
 

vragen

 

glimlachend

 

danken

 
wetenschap
 

indiscretie

 
bezoek
 
vertrok
 

vreesde