FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155  
156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   >>   >|  
ij hen was gekomen, was hij voor de votieftafel gebracht: de een zei dat 't arabische letters waren, de ander verklaarde: "'t zijn maar verzonnen letters." Eindelijk was er een gevonden die het opschrift had kunnen lezen. Dit was geschreven met latijnsche woorden en latijnsche letters; maar ... met hoofdletters. De Grieksche verzen waren met Grieksche hoofdletters geschreven die op het eerste gezicht op latijnsche hoofdletters gelijken. Op zijn verzoek schreef ik den zin van de versregels in 't Latijn er onder, ze woord voor woord vertalend. Ik weigerde nadrukkelijk voor deze geringe moeite een cadeautje aan te nemen dat men mij aanbood, terwijl ik verzekerde dat mij nooit iets te bezwaarlijk zou zijn, dat ik niet ter wille van de allerheiligste Moeder Gods met bereidwilligheid zou doen, ja al gaf Ze mij ook een brief van hier naar Jeruzalem te brengen.--MENEDEMUS: Och kom! waarvoor zou Zij u als brievenbesteller noodig hebben, daar Zij immers zooveel engelen als lijfbedienden tot Haar dienst heeft?--OGYGIUS: Hij haalde uit zijn tasch een stukje hout voor den dag, afgezaagd van een balk waarop men de Heilige Maagd had zien staan. Een verwonderlijk sterke lucht duidde onmiddellijk aan dat 't iets bijzonder heiligs was. Ik boog mij diep neer en kuste met den grootsten eerbied met ontbloot hoofd het kostelijk geschenk dat ik in mijn tasch stak.--MENEDEMUS: Mag ik het eens zien?--OGYGIUS: Wat mij betreft, graag. Maar als je niet nuchter bent, of als je in den afgeloopen nacht intiem met je vrouw geweest bent, dan zou ik je niet raden om 't te bekijken.--MENEDEMUS: Laat maar zien, er is geen gevaar.--OGYGIUS: Nu, daar dan.--MENEDEMUS: Wat ben jij een geluksvogel met zoo'n geschenk!--OGYGIUS: Ja, Menedemus, ik wil 't je wel bekennen: ik zou dat kleine stukje hout niet willen ruilen voor al het goud van den Taag. Ik zal het in goud laten vatten, maar zoo, dat men 't door een glazen deksel heen, kan zien. Toen de Onder-prior nu zag dat ik zoo van godsdienstigen eerbied voor dit geschenk vervuld was, dacht hij zeker dat ik iemand was die wel verdiende in nog gewichtiger dingen ingewijd te worden. Hij vroeg mij dus of ik soms 't meer verborgene der Heilige Maagd al gezien had. Die woorden maakten diepen indruk op mij. Ik durfde evenwel niet vragen welke verborgenheden hij bedoelde. Immers in zulke heilige zaken kan zelfs de minste verspreking al kwaad stichten. Ik zei dus van neen, maar dat ik bijzonder verlangend was het te zien.
PREV.   NEXT  
|<   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155  
156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   >>   >|  



Top keywords:
OGYGIUS
 

MENEDEMUS

 
letters
 

latijnsche

 
hoofdletters
 

geschenk

 

eerbied

 
bijzonder
 

Heilige

 

stukje


geschreven
 

woorden

 

Grieksche

 

willen

 

kleine

 
Menedemus
 

votieftafel

 
bekennen
 
ruilen
 

glazen


deksel

 

vatten

 

gekomen

 

gebracht

 

afgeloopen

 

intiem

 

arabische

 

nuchter

 

betreft

 

geweest


gevaar
 

bekijken

 

geluksvogel

 
evenwel
 

vragen

 

verborgenheden

 

durfde

 

indruk

 
gezien
 
maakten

diepen

 

bedoelde

 
Immers
 

stichten

 

verlangend

 

verspreking

 

minste

 

heilige

 

verborgene

 

vervuld